DCMR Milieudienst Rijnmond, Waterschap Hollandse Delta, Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard en Hoogheemraadschap van Delfland gaan dit jaar honderd glastuinbouwbedrijven controleren. Zoals de laatste jaren gebruikelijk is, gebeurt dat via een integrale werkwijze, waarbij de genoemde instanties samen en voor elkaar controles uitvoeren. Daardoor krijgt een tuinder slechts één controlebezoek in plaats van twee.
Bij de controles is ook de Nederlandse Voedsel- en Waren autoriteit (NVWA) betrokken om samen met de waterschappen te controleren op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Tuinders die niet in de selectie van honderd bedrijven zitten, kunnen toch door de individuele controlerende instanties worden bezocht. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren als er een specifieke wetswijziging is doorgevoerd.
Uit de controles van de afgelopen jaren blijkt dat de meerderheid van de glastuinbouwbedrijven geneigd is de voorschriften na te leven. Wel constateren de controlerende instanties dat een aantal glastuinbouwbedrijven nog tekortschiet. Deze bedrijven moeten nog extra inspanningen leveren om aan de regels te voldoen. Wanneer het naleven van regels en voorschriften bij alle bedrijven de norm is, kunnen de controles worden verminderd.
De instanties controleren op de volgende zaken: de technische apparatuur, de lozingen van water op de riolering en het oppervlaktewater, gewasbeschermingsmiddelen en de stookinstallaties. De regels hiervoor staan in het Activiteitenbesluit Milieubeheer, de Waterwet en de Wet Gewasbeschermingsmiddelen en Biociden. Bij een aantal bedrijven zal ook inhoudelijk worden gekeken naar de ingediende jaarrapportage over 2016. Daarin staan de lozings- en verbruikscijfers van meststoffen geregistreerd.