De ontwikkelingen met zonnepanelen gaan hard. Waren een paar jaar geleden alleen nog de bekende blauwe panelen verkrijgbaar, tegenwoordig zijn er diverse varianten op de markt. Dat loopt uiteen van een geprinte laag, via een buigbare folie tot panelen die zijn geïntegreerd in het kasdek. Welke panelen zijn het meest geschikt voor bestaande en voor nieuwe bedrijven? Joël van Staalduinen, onderzoeker bij InnoAgro, zocht het uit in opdracht van Kas als Energiebron.
Op sommige kwekerijen staan de planten de laatste weken voor de verkoop in een buffer onder een schermdoek. In theorie is dat schermdoek ook te vervangen door zonnepanelen. Daarmee zijn twee vliegen in een klap te slaan: de planten hebben schaduw en de panelen leveren energie.
In zijn onderzoek heeft Van Staalduinen niet alleen gekeken naar de kosten, maar ook naar het piekvermogen (Wp), de teeltkundige aspecten en de inpasbaarheid op een bestaande kas. Zo kunnen zonnepanelen een kasdekreiniger in de weg zitten, of het openen van ramen verhinderen. Tegenover de kosten van de panelen en de installatie staan vermeden kosten. Soms zijn er bijvoorbeeld geen schermdoek en geen krijt nodig. Ook bieden sommige panelen thermische isolatie.
Het nadeel van zonnepanelen is natuurlijk dat ze altijd aanwezig zijn. In de winter scheelt dat enkele tientallen procenten licht. Op de laatste drie meter kasdek aan de noordkant passen ze altijd wel. Ook boven technische ruimten, corridors, buffers en sorteersystemen is toepassing interessant. Boven teeltafdelingen is het altijd een lastige casus, zelfs bij schaduwplanten.
Meer over dit vergelijkende onderzoek is te lezen in Bloemisterij 23 en in het digitale magazine.