Wat een weer hebben we momenteel in Nederland. Halverwege september staat niemand je raar aan te kijken als je besluit om in je korte broek een terrasje te pakken.
Voor onze teelt is dit niet ongunstig, aangezien de groei en bloei wat makkelijker doorzet in het gewas. Ook komen smetproblemen minder voor dan andere jaren in september.
Ook de consument lijkt nog de zomer in de bol te hebben. Er is nog veel vraag naar verse bloemkleuren, terwijl de zogenaamde ’classic’, doorgekleurde bloemen, tot dusver tegenvallen qua prijsvorming. De vraag naar deze ’classic’ bloemen neemt normaal gesproken snel toe in september, aangezien dit veel met de herfst geassocieerd wordt en in herfststukjes kan worden verwerkt. Bovendien kunnen deze bloemen ingedroogd worden.
Het snelle groeiweer van het afgelopen voorjaar, in combinatie met het huidige weerbeeld, heeft echter voor een dusdanig snelle groei en bloei gezorgd, dat de verse bloemen ook eerder opraken. Ieder voordeel heeft dus weer een nadeel (of was het juist andersom), want de dure bloemen zijn bij de meeste kwekers zo goed als op, omdat de gewassen (te) snel gegroeid zijn. Het is ook altijd wat.
Dit hortensiaseizoen is dus sterk beïnvloed door de opvallende seizoenen van dit jaar. Maar is het niet zo dat er ieder jaar wel weer iets aparts is aan dat Hollandse weer? Misschien is het allemaal wel niet zo apart, de natuur trekt zich namelijk niets van gemiddelden aan.
Ik zag laatst een documentaire over het feit dat de herfst dit jaar zo vroeg begint en de bomen al snel vergelen, maar uiteraard bepalen wij niet dat de herfst relatief vroeg of laat begint; de natuur bepaalt dit zelf en bleek hier zelf aan toe te zijn.
Het afwisselende en veranderende weer heeft dus soms voor- en nadelen, maar het zorgt er in ieder geval voor dat elk seizoen iets anders verloopt. Dit maakt het telen leuk en afwisselend en het vraagt een kweker bovendien om scherpte en aanpassingsvermogen.
Ron van Leeuwen