Ondernemers in de tuinbouw kunnen op een uniforme wijze registreren welke schade ze lijden door de coronacrisis. De taskforce Financiën van de Regiegroep Coronacrisis Tuinbouw stelde het formulier met handleiding op.
Bij ondernemers is grote behoefte aan een deugdelijke, uniforme en praktische schaderegistratie. Formulier, handleiding en vrachtbrief uit de markt genomen sierteelt zijn zowel voor ondernemers in de teelt als bij de handel geschikt. De vakgroep Bomen, Vaste Planten en Zomerbloemen heeft het formulier voorzien van een extra toelichting toegesneden op de eigen sector en daarop het formulier aangepast.
Geen garantie
Bij het formulier en de handleiding staat een ‘disclaimer’. De schaderegistratie kan plaatsvinden zonder dat er op dit moment aanspraak valt te maken op een tegemoetkoming in die schade. „We zijn bezig met een gedegen onderbouwde oproep aan het kabinet voor zo’n noodfonds, eerst voor de ondernemers in de sierteeltketen en snel daarna voor de groente- en fruitketen. Er is nog geen enkele toezegging dat zo’n fonds er komt. En of en onder welke voorwaarden er straks aanspraak op is te maken”, legt Jaap Bond, voorzitter Regiegroep Coronacrisis Tuinbouw, uit.
Eerst zelf, nu met hulp van registratieformulier
Het advies aan ondernemers is om schade vanaf het begin van een crisis goed te documenteren. In eerste instantie geeft dat de ondernemer zelf inzicht in de impact van de crisis. Het kan in een later stadium behulpzaam zijn bij de onderbouwing van een claim, als er een regeling komt die voorziet in een tegemoetkoming in de schade, zoals bijvoorbeeld een noodfonds. Zonder bewijs is zo’n claim kansloos.
De taskforce ontwikkelde het uniforme formulier met handleiding in afstemming met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en het ministerie van LNV. Er is gebruik gemaakt van kennis en ervaring uit de EHEC-crisis en de Russische boycot. Bond: „We zijn RVO en LNV erkentelijk voor hun medewerking, in het besef dat er nu geen uitgewerkt Noodfonds ligt. Het formulier is afgelopen weekend bij een diverse groep ondernemers getest. Het is met inbreng van vele partijen tot stand gekomen.”