Partners Marco Alderden en Ronald Ceelen van trekheesterkwekerij Het Witte Hek in Aalsmeer merken dat ze de laatste jaren met een geheel ander voorjaar en vaak najaar te maken hebben. Ze wijten dat aan klimaatsverandering; een verandering die ze duidelijk merken door een voorjaar dat hectischer verloopt. „Natuurlijk weten ook wij dat het weer grillig is en elk jaar anders. Maar toch is een patroon merkbaar naar een warmer voor- en najaar”, beweert Ceelen.
De partners trekken seringstruiken in bloei (forceren) van begin december tot eind april, maar het liefst tot half mei. Zodra de seringen in tuinen van consumenten in bloei komen, moet de kweker klaar zijn. Met een warmer voorjaar dus eerder.
Bovendien zorgt een warm voorjaar dat bloemen eerder worden aangelegd in struiken die het jaar erop worden geforceerd. De seringenteelt is namelijk een tweejarige teelt; elk jaar wordt de helft van de struiken geforceerd. Met ook vaker een warm najaar lopen sommige bloemen in najaar toch enigszins uit, de zogenoemde voorbloei. Naast dat dit kwaliteitsverlies geeft, moet de voorbloei ook worden verwijderd tijdens de trek.
Extra personeel
Al met al valt de staart van de productieteelt (struiken weer snel de grond in) samen met het voorbereidingen (voornamelijk dunnen en onkruidbestrijding) voor de nieuwe productieteelt. Tel daarbij op dat de sneeuwbalteelt dan ook zijn oogstpiek beleeft, dan hebben de partners vaker extra personeel in het voorjaar nodig om de klus geklaard te krijgen.
Een warmer najaar tenslotte kan er voor zorgen dat de struiken pas later de kas in kunnen omdat ze onvoldoende kou hebben gezet. Dit verhoogt ook de druk op het voorjaar.
Inspelen op klimaatsverandering is niet de enige uitdaging waar Marco Alderden en Ronald Ceelen voor staan. Anticiperen op uitval struiken door verticillium heeft hen ook jaren gekost. Hoe? Lees vrijdag 6 juli de bedrijfsreportage in de Bloemisterij.
