Per 1 januari 2017 moeten alle glastuinders die tijdens de donkerteperiode belichten, de bovenzijde van hun kas afschermen met doek dat minimaal 98% van de lichtuitstraling tegenhoudt. Tot nu toe mocht dat vaak ook met 95%-doek. Maar is die 3% verschil in lichtdichtheid eigenlijk wel met het blote oog zichtbaar?
Veel telers die belichten, hebben inmiddels lichtafscherming in de kas hangen die minimaal 98% van de lichtuitstraling tegenhoudt. Wie schermdoek gebruikt dat minimaal 95% van de lichtuitstraling tegenhoudt en dat vóór 1 januari 2014 is aangebracht, mag dat nog tot 1 januari 2017 gebruiken. Na die datum is 98%-doek verplicht.
Doek dat minimaal 95% licht tegenhoudt en doek dat minimaal 98% licht tegenhoudt: het verschil is slechts 3%, maar voor sommige teelten kunnen die paar procenten een enorm verschil maken. Hoe zit dat precies? Een ingewikkeld verhaal. Daarom leggen we het in drie stappen uit:
Stap 1: lichthinderregels
De lichthinderregels uit het Activiteitenbesluit schrijven voor dat je in de periode van september tot en met april ’s avonds en ’s nachts de lichtuitstraling vanuit je kas zoveel mogelijk moet tegengaan. Daarvoor gebruik je schermdoeken die bovenin de kas hangen. Die kun je gedeeltelijk of volledig open en dicht laten lopen.
Stap 2: Kier trekken in donkerteperiode
Tijdens de donkerteperiode (’s winters van 18:00 tot 24:00 uur) moet het doek volgens de regels volledig dicht zijn. Vanaf 1 januari 2017 moet je verplicht doek gebruiken dat minimaal 98% van al het licht tegenhoudt (in de praktijk is dat vaak doek dat 99% lichtdicht is). Nu is nog doek toegestaan dat minimaal 95% van het licht tegenhoudt. Veel kwekers gebruiken echter al 99%-doek. Daardoor mogen zij in hun scherm dus een kier van 4% trekken. Door die kier kan mooi de warmte van de lampen ontsnappen, zodat het niet te warm wordt voor de bloemen.
Stap 3: Minimale kier vanaf 1 januari 2017
Maar: vanaf 1 januari 2017 mag je dus slechts een kier van maximaal 1 à 2 % trekken (afhankelijk van je type doek). De kier wordt dus enkele procenten kleiner. Dat lijkt weinig, maar in sommige teelten maakt dat enorm verschil. Zo kan het in de rozenteelt, waarin intensief wordt belicht, onder een gesloten schermdoek enorm warm worden, waardoor elk kiertje is meegenomen. Wordt het te warm in de kas, dan moet je meer gewasbeschermingsmiddelen gebruiken en CO2 toedienen om het gewas in conditie te houden. Meer gewasbeschermingsmiddelen gebruiken, wil niemand. Om meer CO2 te kunnen toedienen, moet de WKK draaien, wat aardgas kost. Een kier van 4% of 1% maakt in dit geval dus veel uit.
Bekijk hieronder een filmpje* dat afgelopen voorjaar in het Westland met een drone is gemaakt boven een kas met 95%- én 98%-lichtafscherming. Zie jij het verschil?
*) De maker van het filmpje is bij de redactie bekend.
