„De glastuinbouw heeft bedreigingen op energiegebied altijd kunnen ombuigen in kansen”, zegt Rob van der Valk, beleidsspecialist Energie en Klimaat bij Glastuinbouw Nederland. Na twintig jaar neemt hij afscheid van de organisatie; een goed moment voor een terugblik. „De industrie is jaloers op wat de glastuinbouw allemaal voor elkaar krijgt.”
Hoe staat het met imago van de glastuinbouw?
„Heel goed. De enigen die denken dat de glastuinbouw een slecht imago heeft zijn de tuinders zelf. In Den Haag en Brussel wordt met veel respect over de sector gesproken. De industrie is daar jaloers op. De glastuinbouw heeft verlaagde belasting op energie, krijgt veel subsidies, maakt slim gebruik van de SDE voor geothermie, werkt nauw samen met ministeries. En heeft een CO2-sectorsysteem dat ondernemers nog niets heeft gekost. De glastuinbouw is ook een van de weinige branches die complimenten krijgen van de milieubeweging. Koester die gewaardeerde positie als koploper en zorg dat je een betrouwbare sector blijft. Dat wordt in de komende twintig jaar heel belangrijk.”
Door de coronacrisis en de lage gasprijs staat energiebesparing nu op een laag pitje.
„Vijf jaar geleden was gas nog duur en WKK op zijn retour. De huidige daling van de gasprijs heeft niemand op de wereld voorspeld. Het blijkt maar weer dat de energieprijzen alle kanten op kunnen gaan. De enige zekerheid die we hebben is ’onzekerheid’. Vroeg of laat ontstaat er weer een nieuwe situatie met hogere energiekosten. Mijn boodschap is dan ook: elke ondernemer moet een plan hebben om klimaatneutraal te kunnen telen. Dat betekent niet dat je morgen al moet investeren, maar er moet wel een plan liggen.”
Lees het hele interview vrijdag in Bloemisterij 27 of nu direct in het digitale magazine (alleen voor digitale abonnees).
