Hoewel de EU en het Verenigd Koninkrijk (VK) het vorige week eens werden over een transitieperiode voor de Brexit die loopt van 30 maart 2019 tot en met 31 december 2020, gaat het daarbij om een politiek akkoord dat pas juridisch bindend wordt als beide partijen het hele scheidingsakkoord ondertekenen. Een harde Brexit zonder deal, is dus nog steeds een risico, waarbij de sierteelt direct tegen handelsbelemmeringen zal aanlopen. Die waarschuwing geven economen van de Rabobank in hun vandaag verschenen Brexit-Monitor.
Het hele scheidingsakkoord wordt naar verwachting in het najaar ondertekend, maar over een aantal punten bestaat nog geen overeenstemming. Het grootste struikelblok is de grens met Ierland. Worden het VK en de EU het daarover niet eens, dan is er volgens Rabo’s Brexit-Monitor geen scheidingsovereenkomst en daarmee ook geen transitieperiode, maar wél een harde Brexit.
Noorwegen en Zwitersland
Maar ook al sluiten het VK en de EU komend najaar wél een deal, dan nog blijven er volgens de Rabo-economen veel onzekerheden bestaan. Zo wil het VK voor bepaalde sectoren aansluiten bij EU-regelgeving en voor andere sectoren daarvan afwijken. Brussel vindt dat de Britten bij een toekomstig handelsverdrag niet de krenten uit de pap mogen halen. Onduidelijk is nu nog of het VK vasthoudt aan controle over het migratiebeleid en een autonoom internationaal handelsbeleid. In dat geval ziet de EU geen mogelijkheid om tot een handelsrelatie met het VK te komen, zoals die nu ook met Noorwegen en Zwitserland bestaat en waarbij sprake is van relatief veel ruimte voor vrijhandel (zie figuur).
Rabo verwacht vergaand vrijhandelsverdrag
Rabobank verwacht dat er na de transitieperiode een vergaand bilateraal vrijhandelsverdrag komt tussen het VK en de EU. De Britten kunnen dan de fytosanitaire controles van het land van herkomst erkennen, maar er komen dan nog wel douane-formaliteiten. Er bestaat volgens Rabo echter een kans dat er een vrijhandelsverdrag in combinatie met een douane-unie komt, gezien de steun van de Britse Labour-partij voor dat model. Bij een harde Brexit, waarbij de afspraken in WTO-verband gelden, is er het minst sprake van vrijhandel. De sierteelt moet in dat geval rekenen op vertragingen aan de grens die funest zijn voor de kwaliteit van bloemen en het marktvertrouwen, zo stelt Rabobank. De bank waarschuwt bovendien dat in alle Brexit-scenario’s extra administratieve procedures voorkomen die tot kostenverhoging leiden.
Vestiging in VK is optie
Door de handelsbarrières wordt de lokale Britse sierteeltproductie relatief goedkoper dan importeren. De waarde van het Britse pond kan daar nog een schepje bovenop doen. Vestiging in het VK kan in dat geval volgens de Rabobank voor sommige sierteeltproducenten een optie zijn. De bank merkt daarbij wel op dat de beschikbaarheid van seizoenarbeiders (uit EU-landen) bij een harde Brexit dan sterk zal afnemen.
Afzetdaling
Dát de handelsbelemmeringen in de verschillende Brexit-scenario’s voor een afzetdaling van Nederlandse sierteeltproducten in het VK gaan zorgen, ligt volgens Rabo voor de hand. Maar hoe groot de impact van de Brexit precies zal zijn op de Nederlandse afzet, is moeilijker te voorspellen. Handelsstromen zullen zich volgens de bank verleggen naar andere landen in Europa, waardoor de concurrentie in meer of mindere mate toeneemt. Brexit raakt daardoor iedereen in de sector, niet alleen exporteurs en telers met afzet in het VK, maar ook telers zonder afzet in het VK, zo stellen de Rabo-economen op.