Sinds 2014 staat Brussel de oprichting van producenten- en brancheorganisaties toe in alle sectoren van de land- en tuinbouw. Inmiddels is er een Brancheorganisatie Sierteeltproducten in het leven geroepen, maar producentenorganisaties ontbreken nog in de bloemen- en plantensector. Opmerkelijk, want via deze organisaties mogen telers – onder voorwaarden – onderling prijsafspraken maken, een mogelijkheid die hun marktpositie kan versterken.
Vlak voor de zomer wees landbouwminister Carola Schouten in een Kamerbrief al op de verruimde mogelijkheden die Brussel boeren en tuinders biedt voor onderlinge samenwerking, om zo een vuist te kunnen maken tegen grote retailers. Het gaat daarbij om de zogeheten GMO-verordening (EU 1308/2013). Deze was eerder alleen geldig voor de groente- en fruitsector, maar is sinds kort ook van toepassing op levende planten en producten van de bloementeelt, oftewel: sierteeltproducten.
Producentenorganisatie (PO)
Siertelers die een producentenorganisatie (PO) oprichten, kunnen dankzij de ruimere EU-regels hechter met elkaar samenwerken zonder daarbij in botsing te komen met de reguliere mededingingsregels. Mits een PO is erkend door de rijksoverheid, mag zij bijvoorbeeld namens haar leden de totale productie of een deel daarvan plannen. Ook mag de PO de productiekosten optimaliseren, zelf producten op de markt brengen en over leveringscontracten onderhandelen.