Met name voor paprikatelers is de Afrikaanse fruitmot een heel vervelend beestje. Dit zegt Sjaak van der Tak van Glastuinbouw Nederland tegen het AD. Hij benadrukt dat de mot bij Nederlandse paprikatelers nog niet is aangetroffen. Teelt en export van paprika zijn daarom niet in gevaar.
In diverse landelijke media is vandaag gemeld dat de Afrikaanse fruitmot een groot gevaar is voor de Nederlandse teelt en export van paprika’s. Aanleiding is een recent EU-rapport waarin staat dat die fruitmot in partijen Keniaanse rozen leidde tot fors meer onderscheppingen bij de Nederlandse grens. Paprika blijkt uitgesproken favoriet te zijn bij dit beestje, dat sinds 1 januari 2018 een Q-organisme is in de Europese Unie.
Verkeerde interpretatie
Brancheorganisaties GroentenFruit Huis en Glastuinbouw Nederland nemen met klem afstand van de publicaties en hekelen vooral de toonzetting in de landelijke media. Ze zijn volgens hen gebaseerd op verkeerde interpretatie van onjuiste cijfers. „Er worden aantallen meldingen en stijgingspercentages genoemd die geen betrekking hebben op de Afrikaanse fruitmot, maar op het totaal van onderschepte zendingen”, geeft voorzitter Sjaak van der Tak van Glastuinbouw Nederland aan. Directeur Gert Mulder van GroentenFruit Huis beklemtoont dat het primair een Afrikaans probleem is. Hij stelt dat de bijzondere levenscyclus van de Afrikaanse fruitmot het risico van een groter probleem sowieso minimaliseert. „De afnemers van onze paprika’s kunnen gerust zijn.”
Geen mot in paprikakas gevonden
Geen enkele paprikateler heeft bij de brancheorganisaties gemeld dat de Afrikaanse fruitmot in de kas is aangetroffen. De telers hanteren volgens hen een strak protocol om eventuele problemen te voorkomen. Gert Mulder vindt dat de telers in bijvoorbeeld Kenia ervoor moeten zorgen dat ze schone producten exporteren naar de Europese Unie. Het is de taak van de NVWA erop toe te zien dat de bloemen daadwerkelijk vrij zijn van organismen die we in Nederland niet hebben en beslist ook niet willen. Feit is dat de NVWA dit ook goed oppakt; ze onderscheppen partijen en keuren af bij een vondst. Ook in Afrika wordt veel gecontroleerd door de autoriteiten.”
Zeer theoretisch probleem
Gerben Messelink, onderzoeker entomologie bij Wageningen University & Research, stelt dat er zeker geen sprake van een dreiging. Volgens hem moet de sector te allen tijde alert zijn om q-organismen als de Afrikaanse fruitmot te weren. Dat Nederlandse paprikatelers problemen krijgen met deze mot is volgens Messelink zeer theoretisch. Voor de teelt en handel zijn de risico’s minimaal, maar vanwege de status moeten de betrokken instanties voortdurend waakzaam zijn en de controles verscherpen als de actualiteit daar aanleiding toe geeft.”
EU rapport
In Nederland zijn volgens het EU-rapport vorig jaar 1.228 meldingen van onderschepte bloemen, planten en fruit van buiten de EU. Dat is een stijging van ruim 70% ten opzichte van 2017 en maakt Nederland koploper als het gaat om het aantal onderschepte importpartijen uit niet EU-landen. De Afrikaanse fruitmot zou het vaakst gevonden zijn en dan vooral in rozen uit Kenia. Het jaarverslag 2018 van het Kwaliteits Controle Bureau, dat samen met de Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit verantwoordelijk is voor de controles, leert dat KCB de Afrikaanse mot 159 keer vond, waarvan 135 in roos, twaalf in citrus en elf in capsicum. Deze vondsten zijn voor de EU mede aanleiding geweest om de zogenoemde reduced checks percentages voor rozen uit Kenia met ingang van 1 februari 2019 aan te passen van 5% naar 10%. Voor Tanzania, een veel kleiner importland van rozen, werd het percentage controles opgeschroefd van 15% naar 50%
Geen 100% controle
Onderzoeker Gerben Messelink legt in het AD uit hoe die mot vanuit geïmporteerde Keniaanse rozen in een kas met paprika’s kan komen. De bekende cyclus van ei-rups-mot. Is de paprikavrucht geïnfecteerd met eitjes of larven van die Afriaanse fruitmot, dan kan dat vergaande exportbelemmeringen veroorzaken. Zover is het nog niet, zeggen de standsorganisaties en schrijft ook de journalist van het AD, maar strengere controle bij import is gewenst. Volgens een woordvoerder van de NVWA is 100 % controle op dit moment geen optie. Volgens ‘Brussel’, die het inspectiepercentage vaststelt, is daar nog geen reden toe. Er vindt momenteel wel overleg plaats over te nemen stappen, waarbij de verantwoordelijkheid ligt in Kenia. Branchevereniging VGB roept importeurs op om samen met hun leveranciers te zorgen voor een reductie van het aantal vondsten van de mot. Lukt dat niet, dan vreest de VGB meer controles bij de grens, wellicht zelfs 100% controle.
Eind juni meldde brancheorganisatie VGB dat er een reële kans is op 100% inspectie bij import van rozen uit Kenia
Het jaarverslag 2018 van het Kwaliteits Controle Bureau vindt u hier
Meer info over de Europese inspecties vindt u hier