Begin volgend jaar gaat er een nieuwe NEN-norm gelden voor de lichtdoorlatendheid van tuinbouwglas (NEN2675). Enkele maanden later wordt de nieuwe NEN2674 van kracht, een norm voor de steekproefprocedure waarbij ruiten die nieuw geleverd zijn aan een teler, gecontroleerd en nagemeten worden.
De nieuwe normen zijn bedoeld voor het meten van lichttransmissie en lichtverstrooiing van kasdek- en schermmaterialen, maar ook voor het uitvoeren van de steekproef die genomen kan worden bij levering van een partij glas. Met de komst van diffuus glas en tijdelijke (seizoens)coatings voldeden de oude normen niet meer. Voor schermen was sowieso geen norm beschikbaar.
Hortiscatter
De nieuwe NEN2675 beschrijft, naast het meten van de transmissie voor PAR, ook ultraviolet (UV), nabij-infrarood (NIR) en de zonnetoetredingsfactor. Voor lichtverstrooiing is een nieuw begrip geïntroduceerd: de Hortiscatter. Deze is veel meer geschikt voor tuinbouwglas en moet de officieuze ’Haze-meting’ vervangen.
Ook de steekproefprocedure (NEN2674) is flink gewijzigd. Zo moest volgens de oude NEN2675 alleen helder glas gemeten worden, waardoor deze niet praktisch bruikbaar was. Ook beslaat de steekproef in de oude norm bij kleine glaspartijen al een groot aantal ruiten waardoor deze in de praktijk nauwelijks toegepast werd. Bij de huidige nieuwbouwprojecten zouden dan nog meer ruiten gemeten moeten worden. In de herziene steekproefprocedure wordt direct na levering door de leverancier een behapbaar aantal ruiten geselecteerd en weggezet. Deze worden dan eventueel later gemeten volgens de nieuwe norm.
De nieuwe gestandaardiseerde NEN-normen zijn het afgelopen jaar, onder de vlag van de topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen, ontwikkeld door een publiek-privaat samenwerkingsverband van Wageningen University & Research, toeleveranciers, stichting Hortivation en LTO Glaskracht Nederland.