De Amerikaanse lonen zitten duidelijk in de lift. Dit gaat zorgen voor een stijgende inflatie en een sterkere dollar. Hoewel Nederlandse salarissen ook wel wat omhoog mogen gaan, staat een hoge werkloosheid in andere delen van de EU een groei van de Europese inflatie in de weg. Laurens Maartens, valutaexpert van de Nederlandse Betaal- en Wisselmaatschappij (NBWM) analyseert.
Het heeft lang geduurd, maar er komen nu toch echt steeds meer signalen dat de Amerikaanse inflatie structureel aantrekt. Afgelopen maandag 19 juni was dat de belangrijkste boodschap van William Dudley, de president van de New York Fed en een belangrijke adviseur van Fed-voorzitster Janet Yellen. De Amerikaanse werkloosheid is gedaald tot 4,3% en volgens Dudley is het land hard op weg naar volledige werkgelegenheid. Als bedrijven nieuwe werknemers willen aantrekken, moeten ze die bij andere ondernemingen losweken door een hoger salaris te bieden.
De laatste jaren zijn bedrijven al steeds meer bereid om de portemonnee te trekken voor het behouden of aantrekken van werknemers. Volgens de loongroei-tracker van de Atlanta Fed is de gemiddelde salarisstijging opgelopen van circa 2% in de periode 2010 tot 2014 tot ruim 3% vorig jaar. Naarmate de werkloosheid verder afneemt, komt uiteindelijk ook de 4% à 5% van de periode voor 2008 weer in zicht.
Kwestie van tijd
Amerikaanse huishoudens merken steeds meer dat ze elke maand wat over houden. Het is gebruikelijk dat de consumptie-uitgaven dan toenemen. Dat leidt tot een oplopende inflatie en een aantrekkende economische groei. Dudley verwacht dat het een kwestie van tijd is voordat de inflatie in de Verenigde Staten terug is op het niveau van 2% waar de Fed officieel naar streeft. De valutawereld houdt dit soort inflatiebewegingen scherp in de gaten. Een hogere inflatie geeft centrale banken ruimte om de rente geleidelijk op te schroeven. De renteverhoging die de Fed vorige week woensdag doorvoerde, krijgt waarschijnlijk later dit jaar een vervolg.
Een dag na het besluit van de Fed koos de Bank of England er juist voor om de rente ongewijzigd te laten op het laagste niveau ooit. Op het eerste gezicht is dat een vreemde keuze, aangezien de inflatie in het land binnen een jaar is opgelopen van 0,5% naar 2,9%. Die toename wordt veroorzaakt door de daling van het Britse pond sinds het Brexit-referendum vorig jaar. Hierdoor zijn de prijzen van artikelen en diensten die het land importeert gestegen. In dezelfde periode is de loongroei de afgelopen maanden juist teruggevallen van bijna 3% tot iets meer dan 2%. De salarissen van veel Britten nemen dus niet snel genoeg toe om het verlies aan koopkracht als gevolg van de hogere inflatie te compenseren.
Nederlandse lonen moeten stijgen
De rest van Europa loopt op inflatiegebied nog ver achter op de Verenigde Staten. In Duitsland en Nederland is de werkloosheid al behoorlijk gedaald. Vorige week zei IMF-directrice Christine Lagarde zelfs al dat de salarissen in Nederland moeten stijgen. Dat sluit aan bij de conclusies van zowel het CPB als DNB eerder vorige week. Voor Nederlandse werknemers is dat een positief geluid, maar in Europees opzicht legt ons land weinig gewicht in de schaal. Zolang meer dan 9% van de Europeanen op de arbeidsmarkt zonder baan zit, is looninflatie op ons continent nog een behoorlijk eind weg. Zonder de rugwinden van een stijgende inflatie en een verdere afname van het politiek risico gaat de euro het in de tweede jaarhelft nog lastig krijgen ten opzichte van de dollar.