Van alle EU-landen importeert Nederland voor het meeste geld aan levende insecten, die worden gebruikt voor duurzame gewasbescherming of als (vee)voeding. In de eerste helft van 2017 was de invoerwaarde bijna vijf keer zo hoog als vijf jaar eerder.
Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van nieuwe analyses en handelscijfers. Insecten als bijen worden ingezet bij de bestuiving van landbouwgewassen en bijvoorbeeld sluipwespen bij natuurlijke gewasbescherming. Ook worden insecten in toenemende mate gebruikt voor menselijke en dierlijke consumptie, zoals meelwormen en sprinkhanen.
Nederland importeerde in de eerste helft van 2017 voor € 8,2 mln aan levende insecten, wat gelijkstaat aan 390.000 kilo. Dat maakt Nederland de grootste insectenimporteur van de EU, gevolgd door België en Frankrijk. Samen zijn deze drie landen goed voor bijna 60% van de totale insectenimport in de EU.
Insectenkweek in Nederland
Het merendeel van de insecten die uit het buitenland komen, zijn bedoeld voor gebruik in Nederland. Circa een derde van de ingevoerde insecten wordt ook weer uitgevoerd. Ook worden in Nederland zelf insecten gekweekt.
Als exporteur van levende insecten staat Nederland op de derde plaats, met een exportwaarde van € 5,6 mln. Het belangrijkste land van bestemming is Mexico. Daar ging in 2016 vanuit Nederland voor circa € 2,6 mln aan insecten naartoe. Dat is ruim 30 procent van de totale uitvoer.
De grootste exporteur van de EU is België, met € 15 mln, gevolgd door Slowakije, met € 6,2 mln.
