Een Tweede Kamermeerderheid wil dat landbouwminister Schouten structureel gaat inzetten op het terugdringen van het aantal gewasbeschermingsknelpunten. Ze moet met voorstellen komen om ervoor te zorgen dat het aantal knelpunten in 2020 en 2021 afneemt.
Immers, in de nota Gezonde Groei, Duurzame Oogst van 2013 is als doel gesteld om het aantal knelpunten bij de gewasbescherming te verminderen met 50% in 2018 en met 90% in 2023. In de rapportage Monitoring ziekten, plagen en onkruiden voor de periode 2009–2016 stelt de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit echter dat het aantal ziekten, plagen of onkruiden die als knelpunt bij de gewasbescherming bestempeld kunnen worden tussen 2009 en 2016 met 19% is toegenomen.
Terugkerend, en nu ook via een Tweede Kamermeerderheid, wordt er op gehamerd dat een versnelling in de toelating van nieuwe middelen wenselijk is en dat met name biologische middelen (groene middelen). Schouten wordt gevraagd om de procedure tot toelating van biologische gewasbeschermingsmiddelen te versnellen door gebruik te maken van de informatie van landen waar deze middelen al zijn goedgekeurd.
De bewindsvrouw zit zelf ook op de golflengte om groene middelen sneller toegelaten te krijgen. In Brussel heeft ze het onderwerp meerdere keren aangekaart. Want de Tweede kamer kan zo veel willen, maar beleid omtrent gewasbeschermingsmiddelen wordt grotendeels in de Europese Unie bepaald.