Staatssecretaris Wilma Mansveld van Infrastructuur en Milieu wil een landelijk netwerk van 29 omgevingsdiensten inrichten. Ze heeft daartoe onlangs een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer gestuurd dat aankoerst op wijziging van de Wet algemene bepaling omgevingsrecht.
Omgevingsdiensten verlenen, in opdracht van gemeenten en provincies, milieuvergunningen aan bedrijven en controleren of ondernemers zich aan de regels houden. Doen bedrijven dat niet, dan kan een omgevingsdienst sancties opleggen. De diensten hebben daarom taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH).
Mansveld vindt dat deze VTH-taken overal op dezelfde manier moeten verlopen. Tot nu toe waren gemeenten en provincies verantwoordelijk voor de uitvoering van die taken. Bij die overheden was, volgens de bewindsvrouw, echter niet altijd de benodigde kennis aanwezig of men was niet altijd doortastend genoeg.
Informatie uitwisselen
In overleg met gemeenten en provincies zijn daarom sinds 1 januari 29 omgevingsdiensten opgericht, waarmee vooruitgelopen wordt op het wetsvoorstel. De diensten wisselen onderling informatie uit en moeten opereren als één toezichthouder om uniformiteit te garanderen. Dat geeft de garantie dat bedrijven in het hele land gelijk worden behandeld. Ook de samenwerking en informatie-uitwisseling met veiligheidsregio’s, politie, OM en overheden moet verbeteren door het operationeel worden van de omgevingsdiensten.