Het Nederlandse toelatingsbeleid vindt LTO Glaskracht Nederland te gedetailleerd. Of te fijnmazig zoals voorzitter Nico van Ruiten het typeerde op 12 maart op het Plantgezondheidevent in Bleiswijk. Liever een grofmazig beleid zoals in België en Duitsland.
„LTO Glaskracht Nederland is voor een zorgvuldig toelatingsbeleid met oog voor mens, dier en milieu, maar met de manier waarop dat nu in Nederland is geregeld lopen ondernemers en sectoren helemaal vast. Dat beleid moet robuuster, er moet een grofmazig systeem komen in de sierteelt. Dat brengt ook minder kosten met zich mee. Daar kunnen we nog wat leren van Duitsland en België. De harmonisatie van het toelatingsbeleid in de EU moet nu doorgezet worden, zo ontstaat er een gelijk speelveld”, aldus Van Ruiten
In België worden middelen toegelaten in bedekte of onbedekte teelt en/of in de grond of substraatteelt. Verdere verfijning is er niet. In Duitsland wordt een soortgelijk toelatingsbeleid gehanteerd. Dus niet zoals in Nederland nog eens op gewasniveau uitgesplitst.
Terugvaloptie
Met een grofmazig toelatingsbeleid wordt Nederland weer interessanter voor toelatingshouders. Van Ruiten ziet ze om het fijnmazige toelatingsbeleid terug trekken. Een ongewenste situatie zeker voor de broodnodige effectieve integreerbare selectieve correctiemiddelen nodig. „Telers willen de grens in de geïntegreerde teelt wel opzoeken, maar alleen als er een terugvaloptie is als het ontspoort. Die terugvaloptie ontbreekt nu al in veel gevallen. Daardoor neemt de inzet van chemische middelen de laatste jaren weer toe”, schetst Van Ruiten.
Realistisch tijdpad
Op het gebied van toelatingsbeleid had Van Ruiten meerdere wensen die hij de aanwezige staatssecretaris Dijksma van Economische Zaken graag meegaf. Hij vroeg om de emissie van gewasbeschermingsmiddelen uit de glastuinbouw eenduidig via de milieuwetgeving aan te pakken langs een realistisch tijdspad met voldoende maatwerk voor de regio’s en voor biologische en kleine bedrijven. Ondernemers willen wel in zuiveringsapparatuur investeren, maar de kosten zijn daarvoor te hoog. „Zo’n zuiveringspoor voor overtollig restwater heeft alleen maar zin en draagvlak bij telers als er nog voldoende correctiemiddelen zijn om te kunnen gebruiken”, meldt Van Ruiten
En daar wringt volgens hem op dit moment de schoen in veel teelten. „Het Ctgb gaat door met steeds meer en diverse verplichtingen op de etiketten van noodzakelijke middelen. De technieken zijn nog in ontwikkeling en op dit moment kunnen veel bedrijven nog geen zuivering betalen. Die bedrijven en de kleinere bedrijven met grondteelten komen ernstig in de knel en mogen straks die middelen niet meer gebruiken terwijl er geen alternatief is. Het gevolg laat zich natuurlijk raden.”
De staatssecretaris sprak voor de LTO-voorman en reageerde zodoende niet op zijn oproepen.