‘Dus ik kwam erachter dat als ik de krul aan het eind van die veer wat ombuig, dat de hark dan wel omhoog klapt en netjes naar het beginpunt terug gaat. Wat zeg je? Die veren hebben jullie niet meer? Dus als deze kapot is dan moeten we een nieuwe oogstmachine kopen?’
Het was een paar dagen voordat SIRE de nieuwe campagne ‘Waardeer het, repareer het’ lanceerde. We begonnen op vrijdagmorgen om zes uur aan een race tegen de klok en na twee bossen was het al raak: storing. Twee dagen eerder was de monteur er voor langs geweest, dus we dachten het lek boven te hebben. Mis. Gelukkig kregen we na enig logisch nadenken de hark weer aan de praat. Waar een beetje buigzaamheid al niet goed voor is.
Want laten we wel wezen, het heeft het afgelopen jaar al genoeg gekost. De uitbreiding met een derde tuin is van tevoren deels te berekenen, maar achteraf schrik je toch van wat er allemaal bij komt. Het lijkt wel een domino-effect. Je zet iets in beweging en gaandeweg worden de gevolgen zichtbaar. Moeten er toch gevelschermen worden vernieuwd. Blijkt de afwatering van de goot niet goed te zijn. Liggen er leidingen in de grond te lekken met als gevolg natte plekken. En uiteraard wil je het gras rondom de kas netjes bijhouden. Dus die maaimachine is ook nodig. En een eigen freesmachine is met het oog op de toekomst (een steeds ouder wordende loonwerker) ook niet gek. Wat dacht je trouwens van dat met de hand strooien van mestkorrels? Weet je hoeveel tijd dat kost? Toch maar die quad met granulaatstrooier aanschaffen. En dan heb ik het nog niet over doseerunits voor de vloeibare biologische meststoffen. Of over een nieuwe brander voor de ketel. Het kost dat het barst.
Maar we klagen niet. Want het kan allemaal nog betaald worden. En spaargeld levert niets op, dus wat is beter dan investeren? Het wachten is nu op de tijd dat de bank jou een hypotheek verstrekt waar je geld op toe krijgt. Dat je beloond wordt omdat je hun geld bewaart. Ik denk dat die nieuwe oogstband er dan ook komt.
Kees van Egmond