En stel nu eens dat ze hier bij de thuiszorg ook gebrek hebben? Of bij de huisartsen? Was er pas al niet een oproep om ze in te leveren? Ik krijg het opeens Spaans benauwd. Hoeveel heb ik er eigenlijk nog? Het komt nu wel heel dichtbij…
Ik zie een item in een tv-programma over een vrouw die zelf mondkapjes maakt. Haar kinderen hebben er allebei eentje voor. Gehaakt en gebreid. Met een leuk poezensnoetje erop. Heel kunstig. ‘Ik weet eigenlijk niet of het echt werkt, maar het staat wel leuk toch?’ Ja, zeker. Ik zou alleen niet te grove steken doen. Dat houdt de fijne druppeltjes tijdens het hoesten en proesten niet tegen.
Ik weet dat een schoonzus van mij ook zelf mondkapjes had genaaid. Ze waren bestemd voor een kapsalon, maar toen ze zou leveren moest de kapsalon als gevolg van de kabinetsmaatregelen sluiten. Zonde van het werk natuurlijk en van het verdienmodel. Het zette mij wel aan het denken.
Want ik ben ook gebruiker. En dan niet van die goedkope maskertjes, maar de echte. FFP2. Jawel, die ze ook in de zorg gebruiken. Ik bestel ze altijd bij Brinkman. En ze werken goed hoor! Het helpt mij om een beetje normaal met onze bloemen te kunnen werken. Want geloof me, als je allergisch bent voor het stuifmeel van matricaria, berg je dan maar. Het is niet alleen overdag niezen maar ook ’s nachts continu een verstopte neus. Tenzij je zo’n FFP2-masker hebt. Een beetje warm, maar dat heb ik er graag voor over.
Maar nu zijn er dus tekorten. ‘Breng uw mondkapjes naar de zorg!’ De schrik slaat me om het hart. Want ik kan die zes mondkapjes die we nog op voorraad hebben wel wegbrengen, maar dan kan ik zelf ook net zo goed meteen weg blijven van de tuin. Wat nu? Brinkman gebeld, maar ook hun voorraad is gevorderd. Tot nader order geen leveringen. Ik dacht nog, dan bestel ik een doos en breng die weg.
‘Heb jij nog een ouwe bh liggen?’ vraag ik aan mijn vrouw. ‘Een ouwe bh? Wat moet je daar dan mee?’ Ogen vol onbegrip. ‘Nou, als ik die mondkapjes inlever, dan moet ik toch wat anders hebben. Zou jij daar geen mondkapjes van kunnen maken?’ Lijkt mij best een fijn idee. ‘Met of zonder kant?’ vraagt ze nog. En of ik gek ben.
Dat gaat dus niks worden. Toch maar eens aan die schoonzus vragen.
Kees van Egmond,
Kees schrijft met grote regelmaat een column over de coronacrisis