Rik Grashoff gaat bij de landbouwminister Schouten aandringen op een strikt onafhankelijk toelatingssysteem. Op het huidige systeem heeft de agrochemische industrie te veel invloed, beweert het GroenLinks Tweede Kamerlid. Daarmee trekt hij weer fel van leer, terwijl hij tijdens werkbezoeken veel genuanceerde geluiden laat horen.
Het toelatingssysteem voor gewasbeschermingsmiddelen werkt in het voordeel van grote fabrikanten. Die hebben jarenlang de aandacht van landbouwgif afgeleid door onderzoek naar alternatieve oorzaken van bijensterfte te financieren. Onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek wordt nauwelijks meegenomen. De industrie heeft daarom een grote invloed op de toetsing van nieuwe middelen.
Beweringen die worden tegengesproken of genuanceerd, onder meer door Luuk van Duijn, Ctgb-directeur, in een recent interview in het Vakblad voor de Bloemisterij.
Wanneer Grashoff op werkbezoek is in de sector, zoals in juli 2017, laat ook hij een veel genuanceerder geluid horen en heeft hij meer oog voor een helicopterview van de problematiek. Zo is hij voor een gelijk speelveld. En zijn ervaring is nogal eens dat, waar politiek en bedrijfsleven eerst afspreken om nog maar geen verplichtende regels te stellen, later alsnog ingrijpen nodig is. Dat leidt er vaak toe dat de ondernemers op heel korte termijn aan nieuwe regels moeten voldoen. „Door eerder regels te stellen, heeft de sector meer gelegenheid om er op te anticiperen.” Het Kamerlid stelt vast dat het begrip daarvoor in de land- en tuinbouw nogal eens ontbreekt. „Dat is jammer, want men wil wel de goede kant op.” Wat hem betreft is hij het eens met de richting die de sector qua gewasbeschermingsproblematiek opgaat, maar verschilt hij zo nu en dan over de route daar naartoe.