Enkele duizenden Nederlandse middelgrote ondernemingen met meerdere zusterbedrijven in Nederland, kunnen mogelijk een fiscale tegenvaller tegemoet zien, nu het Europese Hof van Justitie morgen hoogstwaarschijnlijk uitspraak doet in een zaak rond renteaftrek bij winstbelasting en de zogeheten fiscale eenheid. Dat meldt het Financieele Dagblad vandaag.
De uitspraak is relevant voor Nederlandse bedrijven die zusterbedrijven geld hebben geleend en de ontvangen rente daarover van de belastbare winst mochten aftrekken. Door die aftrekmogelijkheid zetten de rechters in Luxemburg volgens het Financieele Dagblad zeer waarschijnlijk morgen een streep.
De advocaat-generaal van het Hof concludeerde vorig jaar dat sommige belastingvoordelen voor moeder- en dochterbedrijven in Nederland die voor de Belastingdienst een zogeheten fiscale eenheid vormen, discriminerend zijn. De voordelen moeten ook gelden voor Nederlandse bedrijven die samen met bedrijven in het buitenland in één concern zitten, zo meldt de krant.
Inkomensderving Staat
Het gevreesde arrest kost de schatkist volgens toenmalig staatssecretaris Wiebes van Financiën €400 miljoen. Dat komt doordat bedrijven in Nederland die buitenlandse zusterbedrijven geld hebben geleend, de ontvangen rente daarover over de laatste jaren na het arrest alsnog mogen aftrekken van winstbelasting. Om verdere inkomstenderving voor de Staat te voorkomen, kondigde Wiebes een spoedwet aan. Het binnenlands voordeel bij renteaftrek in een fiscale eenheid verdwijnt, mocht het Hof het standpunt van de advocaat-generaal overnemen. Dit gaat dan met terugwerkende kracht vanaf 25 oktober 2017 gelden.
Zeker honderdduizend fiscale eenheden met gemiddeld drie bedrijven moeten hun fiscale winsten over de laatste twee maanden van 2017, volgens de krant, dan opnieuw tegen het licht houden om één belastingaangifte te kunnen doen. Voor de betrokken bedrijven betekent dat extra administratieve lasten en hogere belastingaanslagen.
