’Wat verschrikkelijk…’ zegt ze. ‘Ik zie er nog van komen dat ik mee moet op vakantie. Om te rijden.’
Het is mijn schoonmoeder. Ze heeft net gehoord dat ik ben gezakt voor mijn E-rijbewijs. En zonder dat papiertje mag ik niet de caravan erachter hangen. Zij wel. Ze is 70.
Ik reed er al jaren mee rond, met die caravan. Illegaal, zoals me vorig jaar bleek. Ik kwam erachter vlak voordat we op vakantie gingen. Maar ja, toen was het te laat om er nog iets aan te doen. Dan stap je toch heel anders in de auto kan ik je verzekeren. Ik had er gewoon pijn in mijn buik van. Ze zullen je aanhouden en je vertellen dat je je caravan moet laten staan… Maar we hadden geluk.
Dat had ik ook toen ik in februari op moest voor mijn E achter B. Zo heette namelijk de rijexaminator van het CBR. De hele ochtend had ik al rondgereden met een rijinstructeur en nu ging het om het echie. En met iemand met zo’n naam, dat kon toch niet fout gaan? Nou, dat kon het dus wel. Genadeloos werd ik afgestraft: ‘Je let te weinig op wat er achter je gebeurt.’ Weg 550 euro. Op naar de volgende keer.
Om nu te zeggen dat het een vervelende vent was, die examinator, nee. Hij had heel vroeger ook nog wel in de bloemen gezeten. En of ik van plan was om ook zelf naar de veiling te rijden met m’n handel? Nee, dat was ik niet, het ging puur om de vakantie. De bloemen laten we ophalen. En dan, de veiling in Bleiswijk gaat sowieso stoppen, dus…
Maar wat knaagde het aan me. Want wie gaf mij de garantie dat het de volgende keer wel zou lukken? En dan, ik ben helemaal niet gewend om beoordeeld te worden. Zelfs je bloemen keur je tegenwoordig zelf. Bovendien, ik vond dat ik best aardig gereden had. Ik heb verdorie bijna 30 jaar rijervaring! Zelfs m’n schoonmoeder heeft haar E-rijbewijs! Gewoon erbij gekregen indertijd, maar toch. Zo liep ik me zelfs nog een beetje kwaad te maken.
Precies vier weken later ga ik opnieuw met een aanhanger achter en een examinator naast me de weg op. Het is dezelfde. Na 25 minuten weet hij genoeg. ’Ja-a Kees,’ zegt hij met een onheilspellende klank die mij het ergste doet vermoeden. ’Je bent geslaagd!’ Opgelucht geef ik hem een hand. Nu m’n schoonmoeder nog even inlichten.