De EU heeft definitief besloten om import van de meeste hoog-risico-planten uit derde landen te verbieden. Vanaf 14 december 2019 gaat het verbod in. Daarmee wil de EU de insleep van schadelijke organismen tegengaan.
Specifieke planten kunnen echter nog in aanmerking komen voor een vrijstelling. Hiervoor kunnen de autoriteiten van derde landen (landen buiten de EU) in de loop van volgend jaar nog informatie aanleveren in Brussel, meldt de NVWA. Waaraan die informatie moet voldoen, heeft de Europese Voedsel- en Warenautoriteit EFSA vastgelegd in dit document.
Plantmateriaal van de volgende houtige geslachten mag in principe vanaf 14 december 2019 niet meer worden geïmporteerd in de EU:
Acacia, Acer, Albizia, Alnus, Annona, Bauhinia, Berberis, Betula, Caesalpina, Cassia, Castanea, Cornus, Corylus, Crataegus, Diospyros, Fagus, Ficus carica, Fraxinus, Hamamelis, Jasminum, Juglans, Ligustrum, Lonicera, Malus, Nerium, Persea, Populus, Prunus, Quercus, Robinia, Salix, Sorbus, Taxus, Tilia en Ulmus.
Zaden, bonsais, weefselkweekmateriaal, vruchten en bladeren zijn uitgezonderd van het importverbod.
Daarnaast gaat een importverbod gelden voor: Ullucus tuberosus (knolgewas/siergroente), vruchten van Momordica (subtropische klimplant) en hout van Ulmus.
Eerder al Cycas en meeste Ficus van lijst verwijderd
Eind september had de EU al voorlopig besloten tot het importverbod. Toen waren deze geslachten van de voorgestelde lijst verwijderd: Cycas, Eucalyptus, Ostrya, Syringa. Ficus stond eerst ook op de lijst, maar was toen vervangen door Ficus carica: hiervoor gaat dus wel het importverbod gelden.
Het EU-importverbod is onderdeel van de nieuwe EU-Plantgezondheidsverordening die ook in december 2019 ingaat.
Foto: Arno Engels