De door Inspectie Leefomgeving en Transport gesignaleerde risico’s van boringen voor het drinkwater zullen geen extra eisen opleveren voor geothermieboringen. „Bij diepe boringen staan die zaken standaard in het werkplan”, aldus Geothermie Nederland.
De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) signaleert risico’s door steeds talrijkere boringen in de ondergrond tot 500 meter. Om drinkwaterwinning in deze lagen niet te hinderen zouden de gemeentes, die toezicht moeten houden op veiligheid van deze boringen, beter moeten letten op onder meer gebrekkige afdichting van de boorgaten en het gebruik van milieugevaarlijke smeermiddelen.
’Goed in de gaten gehouden’
„Dat zijn zaken die voor diepere boringen door toezichthouder Staatstoezicht op de Mijnen (SodM, red.) heel goed in de gaten worden gehouden”, zegt Radboud Vorage, voorzitter van Geothermie Nederland. „Als je dieper boort kom je uiteraard ook door die ondiepere lagen heen. Wij hebben nog vorige week aan de Vewin onze Industriestandaard Duurzaam Putontwerp aangeboden, juist om grondwater en drinkwater te beschermen.”
Bottleneck bij EZK
Vorage vermoedt dat bij ondiepe boringen men meer toe zal gaan naar de eisen van SodM, dat desgevraagd laat weten in contact te zijn met ILT over hun signaalrapportage. Ook de door ILT opgeworpen vraag of er wel voldoende capaciteit is voor waterdicht toezicht, is volgens Vorage in de geothermie geen kwestie. „SodM heeft minder werk aan toezicht op de gaswinning. En in de geothermie is eigenlijk ook minder werk dan gehoopt. Er zijn genoeg aanvragen voor nieuwe boringen, maar die lopen vertraging op bij het ministerie van Economische Zaken, dat vergunningen moet afgeven. Als ergens een bottleneck zit, dan is het daar.”