De CO2-voorziening van de industrie aan de glastuinbouwsector loopt vast. Het overheidsbeleid in het kader van het Klimaatakkoord dreigt averechts uit te pakken voor de toekomstige CO2-voorziening aan de sector.
Gevolg is dat telers de WKK’s en ketels op hun bedrijf weer vaker inzetten als enige betrouwbare alternatief om de benodigde CO2-voorziening veilig te stellen. Daardoor wordt de energietransitie in de sector – geothermie, restwarmte, energiebesparing, elektrificatie – geblokkeerd.
De bestaande CO2-levering dreigt te halveren en lopende fossielvrije initiatieven worden noodgedwongen gestaakt. Glastuinbouw Nederland, Shell en OCAP hebben het Kabinet in een brandbrief opgeroepen snel helderheid te verschaffen, omdat de verduurzaming van de glastuinbouw anders in het geding komt.
Ook huidige CO2 levering in gevaar
Ondanks een Kamermotie en intensief overleg met de ministeries van LNV en EKZ is er nog geen uitkomst die het probleem voor de glastuinbouwsector oplost. In het Klimaatakkoord, vastgesteld door het Kabinet, is afgesproken dat CO2-afvang en -opslag (CCS) geen belemmering wordt voor CO2-toepassing in de glastuinbouwsector. Deze onomkeerbare situatie dreigt nu echter toch te ontstaan.
Grote industriële partijen maken nu definitieve keuzes voor toepassing van CCS, het langdurig opslaan van CO2 in de bodem. Zonder passende oplossingen en besluiten loopt niet alleen de benodigde uitbreiding, maar ook de huidige CO2-levering gevaar.
Tijd dringt
De tijd dringt, want uiterlijk 1 juni 2020 moeten besluiten en oplossingen zijn gerealiseerd om te zorgen dat de CO2-levering en de energietransitie in de glastuinbouwsector samen kan gaan met CCS. Die datum wordt bepaald door de aangekondigde SDE++ openstelling dit najaar en de tijd die nodig is om een subsidieaanvraag en gerelateerde investeringen voor te bereiden.
Vraag aan genoemde ministeries is welke afslag de overheid nu neemt. Wordt gekozen voor een integrale energietransitie die rekening houdt met verbindingen tussen sectoren? Of kiest de overheid voor éénzijdige maatregelen in één sector, die de energietransitie van een andere sector vertragen en het vertrouwen in het transitieproces schaden?