Bloemenimporteurs moeten oppassen met facturen in euro’s

Exportbedrijven factureren veelal in euro’s en hebben daardoor geen valutarisico. Importeurs die goederen halen uit niet eurolanden, krijgen vaak wel te maken met rekeningen in vreemde valuta’s. Sommige importeurs mogen echter van hun leverancier in euro’s betalen. Deze ondernemers lopen daarmee geen valutarisico, maar kunnen ongemerkt wel worden geconfronteerd met een hogere inkoopprijs, waarschuwt columnist Joost Derks.

Bedrijven die goederen importeren uit landen buiten het eurogebied lopen bijna altijd een valutarisico, aangezien de factuur vrijwel altijd in buitenlandse valuta’s luidt. Sommige ondernemers weten echter met hun leverancier af te spreken om in euro’s te mogen betalen. Veel importeurs kijken dan niet of nauwelijks meer om naar de actuele wisselkoersen, omdat ze geen valutarisico meer lopen. Dat kan een dure vergissing zijn.

De buitenlandse leverancier die wordt uitbetaald in euro’s heeft wel een valutarisico’s. Hij moet immers de euro’s die hij ontvangt omwisselen in zijn eigen muntsoort. Om dit risico af te dekken rekent de leverancier vaak een hoge opslag op de wisselkoers door aan de importeur. Zo vermijdt hij dat een dalende euro een negatieve invloed heeft op zijn opbrengsten in de lokale valuta. De importeur betaalt daarvoor de prijs in de vorm van een onnodig hoge rekening. In veel gevallen is een importeur beter af als hij zijn leverancier in lokale valuta betaalt en het daaruit voorkomende risico zelf afdekt.

Marge opkrikken en krediet opbouwen
Als een Nederlandse importeur van rozen zijn toeleveranciers in bijvoorbeeld Afrika betaalt in lokale valuta, hoeven deze partijen geen opslag meer te hanteren voor het valutarisico. De inkoopprijs ligt dan vaak beduidend lager. Een ander voordeel is dat het voor toeleveranciers een stuk eenvoudiger is om een goede prijsopgave te maken wanneer ze dat in de eigen valuta kunnen doen. Daar komt bij dat een importeur die aanbiedt om het valutarisico voor zijn rekening te nemen heel wat krediet opbouwt bij zijn leverancier.

Het grootste voordeel is uiteraard dat betalen in vreemde valuta kan leiden tot een hogere winstmarge. Als de importeur efficiënter kan omspringen met het valutarisico dan zijn toeleveranciers, leidt dat direct tot een toename van het bedrijfsresultaat. Betalen in vreemde valuta is dan ook een concurrentiewapen in plaats van een onnodig risico.

Omdenken van valutarisico naar – kans
Voordat de rozenimporteur zijn toeleveranciers aanbiedt om voortaan af te rekenen in Keniaanse shilling of andere valuta’s is het uiteraard zaak om eerst scherp in beeld te krijgen welke instrumenten er zijn omvalutarisico’s af te dekken en welk prijskaartje daaraan hangt. Het is bijvoorbeeld heel simpel om via Paypal af te rekenen, maar dat bedrijf brengt 2,9% aan kosten in rekening voor internationale betalingen. Bij banken, brokers en met name gespecialiseerde valutabedrijven ligt dat percentage vaak een stuk lager.

In de praktijk zien veel ondernemers op tegen het in kaart brengen van de mogelijkheden en de extra werkdruk tijdens de omschakelingsperiode. Mijn ervaring is echter dat veel ondernemers uiteindelijk heel tevreden zijn als ze de stap gewaagd hebben. Het verbetert hun winstmarge en verlaagd hun risico’s. De eerste stap – het omdenken van valutarisico naar valutakans- is vaak nog het moeilijkst.

Joost Derks is valuta-expert bij de Nederlandsche Betaal & Wisselmaatschappij (NBWM). Hij begon zijn carrière bij Van Lanschot Bankiers en inmiddels heeft Derks ongeveer twintig jaar ervaring in de valutawereld. Deze column geeft zijn persoonlijke mening weer. Deze informatie is niet bedoeld als professioneel (beleggings)advies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde transacties en/of beleggingen via de Nederlandsche Betaal & Wisselmaatschappij NV.