Waarom één plant gebruiken, als je er ook vijf kunt mengen in een haag? Dat levert én meer seizoensbeleving op en is goed voor de insecten en vogels. Tuinontwerper Joep Luitjes omheinde er de moestuin mee in een grote Noord-Hollandse poldertuin.
Bloei en bessen
Voor de haag koos Luitjes voor Crataegus monogyna en Amelanchier lamarckii vanwege hun voorjaarsbloei en de bessen die in het najaar verschijnen. Ligustrum vulgare ook vanwege de bessen in de herfst, maar deze plant bloeit juist in de zomer. Bessen heeft ook Cornus mas, maar die bloeit dan weer in de winter. Voor de herfstkleur vulde Luitjes de haag met Acer campestre aan.
„De bloesems zijn goed voor de insecten en de bessen voor de vogels’’, legt hij uit. De planten staan in twee rijen en steeds op 35 cm afstand. Twee seizoenen na aanplant is de haag al bijna gesloten. Twee tot drie keer per jaar wordt de haag gesnoeid om hem strak te houden. „Toch blijft er ondanks dat snoeien voldoende aan bloesems en bessen gespaard.’’
Grotere moestuin, meer planten mengen
Nog meer diversiteit zou zeker kunnen, maar volgens Luitjes is dat beter geschikt voor een grote moestuin. Bij een bescheiden omvang wordt de haag gauw te onrustig. Planten die eventueel goed gemengd kunnen worden met bovenstaand vijftal, zijn volgens hem Prunus spinosa en bij lossere hagen wilde rozen. Als wintergroen vindt hij Ilex aquifolium een goede toevoeging.
De moestuin met gemengde haag is aangelegd in een 1.000m2 grote poldertuin in het Noord-Hollandse Warder. Voor de rest van de tuin maakte Luitjes van Terra Forma ook het ontwerp. Groenjournalist Emiel van den Berg schreef er een reportage over in Tuin en Landschap 16/17. Dit artikel kunt u hier lezen (met inlog).