Tuin en Landschap bestaat 40 jaar. Of het 40 jaar jong of 40 jaar oud is, daar zijn we nog niet uit. Feit is dat het vakblad voor de groenvoorziening, zoals de onderkop sinds de eerste uitgave luidt, ouder is dan menig organisatie en evenement in de groensector.
De afgelopen weken heb ik heel wat uurtjes doorgebracht in de archieven van Tuin en Landschap, en steeds was ik weer verrast wanneer ik las over de oprichting van een nieuwe organisatie of start van een evenement dat tegenwoordig gemeengoed is. Ga maar na. In de afgelopen 40 jaar zijn de VHG en de Kring Praktiserende Boomverzorgers opgericht, de Groene Sector Vakbeurs is van start gegaan, de Demodagen in Papendal zijn opgestart en weer verdwenen, GroenTechniek Holland is in de plaats gekomen. En ga zo maar door.
Ik geloof ook dat Tuin en Landschap in al die jaren eraan heeft bijgedragen om de groensector professioneler te maken. Door activiteiten in de sector kritisch te volgen, en nieuwe ontwikkelingen te duiden, hebben we bijgedragen aan het informeren en professionaliseren van de groene vakman en -vrouw.
Tijdens de Groene Sector Vakbeurs sprak ik een hovenier in ruste, wiens zoon nu in het bedrijf zit. Hij beklaagde zich over het niveau van opleidingen en over het kennisniveau van de jongere generatie. „Als vakblad hebben jullie de taak om de sector op een hoger niveau te brengen.” Die kon ik in mijn zak steken.
Zo simpel, maar tegelijk zo raak. Want wat is anders je functie als vakblad? We zijn er niet om organisaties naar de mond te praten of om beurzen te promoten, maar om vakgenoten te informeren en ontwikkelingen kritisch te volgen. Ook na 40 jaar is dat nog steeds hard nodig.
Op naar de volgende 40 jaar!
