Het protocol ’omgaan met Aziatische duizendknopen’ zou dezelfde status moeten krijgen als het Handboek Bomen. Dat vindt Olga van de Veer, assetmanager bij de provincie Gelderland.
Tuin en Landschap vroeg twee vakgenoten waarom zij het protocol ’omgaan met Aziatische duizendknopen’ in hun organisatie gaan gebruiken. Één van hen is Olga van der Veer, assetmanager groen langs wegen in de provincie Gelderland.
Exoot belemmert uitzicht
Zij legt uit dat de provincie zo’n 1.200 km weg in onderhoud heeft. De Japanse duizendknoop zorgt met name voor problemen in de bebakeningsstrook (1,5m van de rijbaan). De plant belemmert daar het uitzicht. Bovendien beheert de provincie een deel van de bermen ecologisch en ook daar helpt de aanwezigheid van de invasieve exoot niet bij.
Tegengaan verspreiding
„Het protocol is een handig instrument om ervoor te zorgen dat we er in ieder geval niet meer van krijgen.’’ Van de Veer doelt dan op de voorschriften uit het protocol hoe de verspreiding van duizendknoop te voorkomen bij maaiwerkzaamheden, grondwerk en door het dumpen van groenafval. De drie grootste veroorzakers van de snelle aanwas van Japanse duizendknoop.
Van gemeenten tot kabelboeren
Ook is het protocol volgens de assetmanager heel handig in de communicatie met andere partijen. „Vergelijk het met het Handboek Bomen dat door alle partijen direct herkend wordt.’’ Van de Veer hoopt dan ook dat het protocol over het omgaan met Aziatische duizendknopen diezelfde status krijgt. „En dat alle partijen van gemeenten tot kabelboeren er bekend mee raken.’’
Dit is een verkorte versie van het artikel dat in Tuin en Landschap 25/26 over het protocol is verschenen. Dit kunt u hier online lezen (met inlog). Naast Van de Veer komt ook Jaike Bijleveld aan het woord, zij is senior adviseur assetmanagement groen bij de gemeente Amsterdam.
Het blijft bij de Unielijst invasieve exoten en met name ook bij die soorten die wel als invasief worden ervaren in diverse landen, maar daar toch niet op staan, dat elke overheid naar de anderen kijkt.
Het Rijk schuift zonder budget door naar provincies, elke provincie voert zijn eigen beleid en de andere (semi) overheden en terreinbeheerders zitten met de gebakken peren. Want ze zitten klem tussen hun vaak nu al te lage budgeten en de conflicterende voorschriften van de Wet natuurbescherming en deze aparte protocollen.
Zolang er geen overeenstemming is over aanpak en financiering heeft het geen zin om het als handboek op te pakken, want volgende maand kan het weer anders zijn