VVD en CDA zijn tegen het huidige verbod op chemische onkruidbestrijding. Dat blijkt uit reacties op vragen van vakblad Tuin en Landschap. Diverse partijen willen laagrisicomiddelen toelaten.
Het standpunt van de VVD is opvallend, aangezien het verbod tot stand gekomen is onder het huidige kabinet van VVD en PvdA. Wat ook opvalt is dat verschillende partijen pleiten voor het toelaten van laagrisicomiddelen. Zo zijn naast VVD en CDA de christelijke partijen ChristenUnie en SGP voor toelating van laagrisicomiddelen. Ook nieuwe partijen als VNL en de Piratenpartij zijn voorstander.
Individuele basis
D66, dat pleit voor handhaving van het verbod op chemische onkruidbestrijding buiten de landbouw, wil dat middelen op individuele basis worden bekeken. „Laagrisicomiddelen kunnen een hogere dosering nodig hebben of een langere afbraaktermijn die er uiteindelijk toe leidt dat een middel meer invloed heeft op het milieu dan een hoogrisicomiddel. De ruimte die geboden wordt, zal dus individueel per middel gecombineerd met gebruikvoorschriften bekeken moeten worden.”
Nadelige effecten
Diverse partijen wijzen op de nadelige effecten van alternatieve methoden zoals branden en stomen. Zo stelt de VVD dat „alternatieve methodes zoals het branden van onkruid schadelijker zijn voor het milieu en kostbaarder” dan glyfosaat. SGP schrijft: „Alternatieve methoden zijn veel duurder en hebben ook nadelige effecten.” Volgens de partij is hier bij de invoering van het verbod te snel aan voorbij gegaan.
Lees het uitgebreide artikel met standpunten van de politieke partijen in Tuin en Landschap 5.