Twee weken na de uiterste datum waarop staatssecretaris Mansveld zou reageren op vragen over chemische onkruidbestrijding, is er nog steeds geen antwoord. Het lijkt daarmee steeds onwaarschijnlijker dat het verbod op chemische onkruidbestrijding op verhardingen vóór het beheerseizoen van 2016 kan ingaan.
Op 3 september heeft de Tweede Kamer in totaal 166 vragen ingediend bij het ministerie over de wetswijziging voor gewasbeschermingsmiddelen en biociden. Deze zouden uiterlijk 9 oktober worden beantwoord. Op dit moment, twee weken na dato, zijn de antwoorden er nog steeds niet.
De vraag is of het de staatssecretaris lukt om het wetsvoorstel tijdig in te dienen, zodat het gebruiksverbod voor chemische middelen op verhardingen vóór het nieuwe onkruidbestrijdingsseizoen van kracht kan worden.
Nadat alle Kamervragen beantwoord zijn, moet de Raad van State nog een juridisch advies over het wetsvoorstel geven. Vervolgens wordt het wetsvoorstel samen met het advies van de Raad van State aan de Tweede Kamer aangeboden. Daarna moet de Eerste Kamer instemmen met het wetsvoorstel. Dit hele traject neemt zo’n vier tot vijf maanden in beslag.