Het staat vandaag in mijn agenda: Dag van de Openbare ruimte. Meestal hou ik daar rekening mee. Evenementen dichtbij of ver weg. Als het even kan zorg ik dat ik erbij ben. Mensen ontmoeten en bij blijven in je vakgebied. Zoals het een goed ondernemer betaamd. Maar vandaag niet. Voor mij vandaag geen uitje naar Utrecht, geen ontmoetingen met collega’s, geen noviteiten. Kan mijn tijd wel beter gebruiken…
Het is een beetje als met de omroep. Roepen dat je goed en belangrijk bent. Het WC-eend-syndroom: „Wij van Wc-eend adviseren… Wc-eend”. Dat is het sfeertje dat je meestal aantreft op beursen voor en door het vak. Daar heb ik niets op tegen, maar het is zo in zichzelf gekeerd. Zo overtuigd van zijn eigen goedheid, dat ik er wel genoeg van heb.
Nu is het soms best lekker om te navelstaren, de blik naar binnen. Het maakt dat je even bij je eigen gevoel komt, dat je je concentreert op het eigen zijn. Maar het moet niet te lang duren want dan wordt het klef. De blik die andere kant op, naar buiten, geeft meestal meer inspiratie. Kijk eens goed naar de natuur. Heeft u al de film De Nieuwe Wildernis gezien? Het maakt dat onze collectieve kijk op natuur verandert. Het maakt dat onze kijk op de buitenruimte verandert.
Wat mij betreft mag De Dag van de Openbare Ruimte vervangen worden door de Dag van de Blik naar Buiten. Een dag lang inspiratie opdoen op terreinen ver van het vakgebied. De stad, de beeldende kunst, de natuur, de muziek, de literatuur… Bronnen die je aanboort die blijvend van waarde zijn. Het geeft een heldere blik, een frisse wind, een nieuwe kijk.
Het leuke is dat een blik naar buiten ook een blik naar binnen is. Het zijn de mogelijkmakers om binnen het vakgebied te innoveren en te professionaliseren. Mee te bewegen met veranderingen. En daarmee is ook de buitenruimte weer gediend en is de cirkel rond.