Door te klepelen en slootbagger te lang te laten liggen, gaat de bloemrijkdom van bermen achteruit. Dit benadrukte Edwin Dijkhuis van Floron bij de presentatie van de resultaten van ’Mijn berm bloeit’.
Dijkhuis gaf een inkijkje in de resultaten tijdens de nationale Floron-dag op zaterdag 9 december in de Radboud Universiteit van Nijmegen. Floron (Floristisch Onderzoek Nederland) zet zich in voor de Nederlandse wilde planten. Samen met de Vlinderstichting is de stichting in 2017 begonnen met de campagne ’Mijn berm bloeit’. Daarin vragen zij aandacht voor de achteruitgang van de bloemenpracht in de bermen en de graslandvlinders die hiervan afhankelijk zijn.
Hoe hoog is de nectarindex?
Onderdeel daarvan was het onderzoeken hoe het nu met de Nederlandse bermen is gesteld qua bloemrijkdom. Door vrijwilligers zijn gedurende twee seizoenen (1 mei tot 1 oktober) overal in Nederland bermen in kaart gebracht. Die bermen liggen buiten de bebouwde kom, langs wegen en fietspaden en zijn elk 100 m lang. De vrijwilligers telden de nectarplanten en voerden die in op een digitale interactieve kaart op de NDFF Verspreidingsatlas. Die berekende de nectarindex: de hoeveelheid nectar die beschikbaar is gedurende het jaar. Afhankelijk van de soort en het aantal bloemen is de nectarindex hoger of lager. Sommige planten produceren meer nectar dan de ander, en het aantal verschillende soorten planten is belangrijk voor de beschikbaarheid gedurende een langere periode.
(linken naar: https://www.verspreidingsatlas.nl/projecten/floron/bermen/)
In 2017 en 2018 zijn er in totaal 1514 bermen geteld. De meeste bermen scoren niet goed qua nectarindex: 40% heeft een lage tot zeer lage index en 30% scoort gemiddeld. Dijkhuis tekende overigens aan, dat het om de nectarindex in potentie gaat. „Wat er beschikbaar is aan nectar voor insecten is afhankelijk van het beheer.’’ Als er bijvoorbeeld te vaak wordt gemaaid, zal er weinig nectar beschikbaar zijn.
Jacobskruiskruid belangrijke nectarplant
In totaal zijn er 736 verschillende soorten planten geteld. De top tien van meest aangetroffen nectarplanten, wordt aangevoerd door de paardenbloem, die werd in 80% van de geïnventariseerde bermen aangetroffen. Opvallend vindt Dijkhuis ook dat Jacobskruiskruid op nummer 7 staat. Dit kruid is aan een zekere opmars bezig en is als nectarplant voor insecten steeds belangrijker.
Jacobskruiskruid wordt steeds belangrijker als nectarplant (Foto: Shutterstock).
Veel ruigtekruiden
Opvallend is ook het aantal ruigtekruiden dat werd aangetroffen (de meeste vrijwilligers kozen ervoor om niet alleen de nectarplanten te tellen, maar alle planten). Ruigtekruiden gedijen op zeer voedselrijke bodems. Zo werd op 41% van de bermen grote brandnetel geteld en in 32% ridderzuring. Qua nectar is hier voor insecten weinig te halen. Het rijkelijk voorkomen van deze planten is een indicator van slecht bermbeheer volgens Dijkhuis. Als voorbeeld noemt hij een berm in Drenthe, waarbij er drie keer per jaar wordt geklepeld en daarbovenop bagger uit de sloten wordt gelegd. De voedselrijkdom neemt hierdoor enorm toe. Voor een grote bloemrijkdom is het echter nodig dat maaisel en bagger worden afgevoerd, omdat veel nectarrijke planten gedijen onder schralere omstandigheden. Tegenover het rijkelijk voorkomen van ruigtekruiden, staan dan ook de schraalhanzen zoals Dijkhuis deze soorten noemt. Een algemeen voorkomende soort zoals het grasklokje is bijvoorbeeld in slechts 0,8% van de bermen geteld en muizenoor in 2,3%.
Bij maaien en afvoeren gedijen meer (nectar)planten dan bij klepelen.
Gegevens voor iedereen toegankelijk
De campagne ’Mijn berm bloeit’ komt in 2018 teneinde. Vrijwilligers kunnen echter nog steeds op de NDFF Verspreidingsatlas bermen invoeren. Deze gegevens zijn voor iedereen toegankelijk. Dijkhuis gaf als voorbeeld de verschillende gemeenten die de cijfers gebruiken om hun bermbeheer te evalueren.
Dit artikel verder lezen?
Nog geen abonnee?
Uw voordelen
- Profiteer van onze aanbiedingen en ervaar Tuin en Landschap
- Tweewekelijks ons digitale magazine in je e-mail en/of
- Ontvang elke twee weken het tijdschrift Tuin en Landschap