Collectief

    Er is tegenwoordig een hoop te doen over collectieve samenwerking. Meest gehoorde uitspraak is dat collectiviteit dood is. Leve het individu! Samen voor ons eigen, zoals Jacobse en Van Es in de jaren tachtig al riepen. Maar kloppen die uitspraken ook werkelijk?

    Historicus Rutger Bregman analyseerde recent in het programma Tegenlicht van de VPRO de onderlinge afhankelijkheid van onze hedendaagse samenleving. Neem een potje Nutella dat u voor een paar euro in de supermarkt kunt kopen. De ingrediënten voor dit product komen letterlijk uit alle continenten van de wereld (zie afbeelding).

    Een ander voorbeeld dat Bregman aanhaalt is een ontwerper die probeert een broodrooster te maken die je voor minder dan een tientje in de winkel koopt. Hij stelt zich hierbij ten doel alle grondstoffen zelf te winnen, dus ook ijzer, plastic en andere onderdelen. Het resultaat na enkele maanden ploeteren is een monsterlijk apparaat dat bij een eerste test spontaan in de brand vliegt. Kosten van het apparaat: 1.500 euro.

    Een interessante observatie van Bregman is dat de trend om zelf reddend te zijn, je eigen voedsel te produceren en zoveel mogelijk economisch onafhankelijk te zijn, eigenlijk een reis terug in de tijd is. En als je het eerlijk speelt, is het ook vrijwel onmogelijk. Stadslandbouw is een voetnoot bij de industriële voedselvoorziening, gefreubel in de marge.

    De boodschap van Bregman: we hebben het beter dan ooit, we leven in Luilekkerland. We zijn vergeten hoe onze voorouders moesten ploeteren om zichzelf in leven te houden. Terugverlangen naar deze oertijd van individualisme en survival of the fittest is een vals sentiment. Collectiviteit is springlevend. Als u het niet gelooft, probeer dan maar eens zelf een potje Nutella te produceren. Of een broodrooster. Veel succes.

    Bekijk hier de aflevering van Tegenlicht

    Plaatje waarop te zien is waar de verschillende ingrediënten voor een potje Nutella vandaan komen.