„We hebben te maken met grote klimaatproblemen, van wateroverlast tot extreme droogte. De buien die in 2050 zouden vallen, vallen nu al.” Dat zei Hans Oosters, voorzitter van de Unie van Waterschappen, tijdens de VNG Bestuurdersdag.
Klimaatverandering is een mondiaal probleem, maar dat betekent niet dat je er op lokaal niveau niets aan kunt doen, stelt Oosters. „Iedereen kan in zijn eigen tuin stenen vervangen door beplanting. Ook gemeenten kunnen veel meer dan nu al gebeurt bij het inrichten van de openbare ruimte zoals rekening houden met waterafvoer en waterberging. Deze relatief kleine maatregelen dragen al flink bij aan een veilige en droge leefomgeving.”
Gezamenlijke investeringsagenda
Om de versnelling te bewerkstelligen bieden waterschappen, gemeenten en provincies het Rijk een gezamenlijke investeringsagenda aan die toeziet op de klimaatadaptatie, de energietransitie en de circulaire economie. „Wij doen daarbij een bod om bij te dragen aan uitvoering van het Klimaatakkoord. En kijken daarbij nadrukkelijk over onze grenzen heen,” aldus Oosters.
Ook moet klimaatverandering worden meegenomen in nieuwe bouw- en omgevingsplannen. „Als openbare overheden hebben wij hier een verantwoordelijkheid in naar de volgende generaties, naar onze kinderen en kleinkinderen.”