Het kabinet neemt extra maatregelen om de CO2-uitstoot in Nederland op korte termijn verder terug te dringen, om te voldoen aan het vonnis in de Urgenda-zaak. Een forse CO2-reductie wordt verwacht door de komende jaren de elektriciteitsproductie met kolen terug te brengen. „Voor het algemene prijspeil van WKK-stroom zal dit geen gevolgen hebben”, denkt John Kruijt, directeur van Enova. „Wel zullen de pieken en dalen op de APX/onbalans groter worden als er baseload wegvalt”, verwacht Sjors de Bruijn, energiedeskundige bij Nife Energieadvies.
Nederland moet de CO2-uitstoot in 2020 en de jaren erna met ten minste 25 procent verminderen ten opzichte van 1990. Bovendien geeft het kabinet één van de drie moderne kolencentrales in Nederland de mogelijkheid om vrijwillig met subsidie te sluiten. De productie van de andere twee kolencentrales wordt tot 35% beperkt.
De moderne centrale die wordt gesloten is waarschijnlijk de voormalige centrale van Engie op de Maasvlakte, die al sinds begin 2020 niet meer heeft gedraaid vanwege een technisch probleem. „Als deze wordt gesloten, zal het weinig effect hebben op de CO2-uitstoot”, zegt Enova-directeur Kruijt. Volgens hem zal er door de maatregelen ook geen gat vallen in de elektriciteitsproductie, omdat in Nederland veel meer vermogen staat opgesteld dan er ooit vraag zal zijn.
Bovendien is Nederland onderdeel van het Europese elektriciteitsnet en kan het maar zo zijn dat buitenlandse centrales het gat gaan opvullen, wanneer zij een lagere kostprijs zouden hebben dan de Nederlandse gascentrales. Dat zouden dan ook kolencentrales kunnen zijn, die momenteel een lagere kostprijs lijken te hebben dan gascentrales.
Naast de productiebeperking van kolencentrales wil het kabinet de energiebesparingsplicht verbreden en verbeteren, met name voor MKB-bedrijven. Ook wordt onderzocht wat het effect en is van het verbreden van de energiebesparingsverplichting naar ETS-bedrijven. Aanvullend hierop verkent het kabinet samen met de industrie de mogelijkheid voor een convenant voor CO₂-reductie voor de energie-intensieve bedrijven die niet onder de CO2-heffing vallen. Tenslotte verkent het kabinet de mogelijkheden om de ontwikkeling naar een circulaire economie, waarmee op termijn veel CO2 kan worden bespaard, te versnellen.
