De toekomst van de Nord Stream 2, de verdubbeling van de bestaande pijpleiding die aardgas van Rusland via de Oostzee naar Duitsland transporteert, hangt aan een zijden draadje. Een meerderheid in het Europees Parlement stelde zich vorige week op het standpunt dat de EU de aanleg moet staken. Brussel noemt de pijplijn „een politiek project dat een bedreiging vormt voor de Europese energieveiligheid”.
In plaats van meer energie uit Rusland te importeren roept het Europees Parlement landen op diverse gasleveranciers te zoeken. Zo zou meer aardgas geïmporteerd kunnen worden via bestaande pijpleidingen door Oekraïne. Ook zouden Europese landen meer vloeibaar aardgas (LNG) uit onder meer de Verenigde Staten en Qatar kunnen importeren. LNG is echter duurder dan het Russische gas.
Maria Zakharova, woordvoerster van het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken, stelde vorige week in een reactie dat het standpunt van het Europees Parlement niets te maken heeft met economische of energiezaken, maar dat het puur politiek gedreven is. Ze noemde het standpunt van het Europees Parlement onbegrijpelijk, omdat Europese landen volgens haar juist meer energievoorraden nodig hebben.
In een open brief in De Telegraaf riep de Amerikaanse ambassadeur in Nederland Pete Hoekstra eerder deze week Nederland op niet mee te werken aan Nord Stream 2. Het Amerikaanse Congres vraagt volgens Hoekstra alle EU-lidstaten niet deel te nemen aan het project. Volgens de VS kan Rusland de nieuwe pijpleiding gaan gebruiken om politieke macht uit te oefenen op Europese landen.
Sancties
Zakharova stelt in een reactie namens Rusland dat de Amerikanen simpelweg veel LNG aan Europa willen verkopen. Washington dreigt volgens haar met sancties voor bedrijven die meehelpen aan de pijplijn – waaronder Shell en de baggeraars Van Oord en Boskalis – om politieke druk uit te oefenen.
