ProRail heeft de normen voor groen langs het spoor aangescherpt, om verstoringen op het druk bezette spoor te voorkomen. Gemiddeld is er elke week een storing op het spoor die wordt veroorzaakt doordat er takken in de bovenleiding komen of een boom op het spoor valt.
In totaal staan er zo’n miljoen bomen langs het Nederlandse spoornet. Volgens de Spoorwegwet mogen er binnen 11 meter van het spoor geen bomen groeien. Het kappen van al deze bomen is volgens ProRail echter ‘maatschappelijk onwenselijk’.
Analyseren
„We hebben het hier al gauw over 1 miljoen bomen. Dan zou Nederland er een stuk anders uitzien. Door de omgeving in kaart te brengen, de risico’s van bomen te analyseren, voorkomen we juist dat we rücksichtslos bomen hoeven te kappen en zorgen we dat we ons groenonderhoud verbeteren.”
ProRail gaat alleen bomen en struiken kappen die te dicht langs de spoorbaan staan of het zicht van de machinist belemmeren. Overhangende takken worden gesnoeid. De groenwerkzaamheden worden buiten het broedseizoen uitgevoerd.
Vanaf mijn kinderjaren viel het al op dat je onderweg in de trein zomers altijd wel ergens een ploeg aan het maaien was (vingerbalk en bosmaaier). In de jaren 90 zag je dat steeds minder en zag ik de spoorbermen verruigen en de opslag van hout jaarlijks groeien. Nu is er een probleem met te grote bomen en struiken langs de spoorbaan, duidelijk gecreërd door een ondoordacht beleid van bezuiniging.
In 1991 verscheen een boek van Arie Koster over de grote ecologische waarden van de vaak bizondere vegetatie in spoorbermen en overhoeken, waar de NS toen terecht trots was. Wat van die waarden over is na het eindigen van het maaibeleid laat zich makkelijk raden.