Naar schatting voldeed 70% van de Nederlandse glastuinbouwsector in de loop van vorig jaar aan de zuiveringsplicht, die per 1 januari 2018 is ingegaan. Dat blijkt uit de jaarrapportage 2018 van het Platform Duurzame Glastuinbouw (PDG). Het percentage kan in werkelijkheid nog hoger zijn, omdat er bedrijven zijn die wel volgens het nullozersprotocol werken, maar nog niet als zodanig bekend zijn. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) zal in de loop van 2019 meer cijfers presenteren van deze tussenevaluatie. De vraag is echter
De Beoordelingscommissie Zuiveringsinstallaties Glastuinbouw (BZG) heeft inmiddels 19 zuiveringstechnieken goedgekeurd, inclusief drie mobiele installaties. De meeste hiervan voldoen ook aan de 99,5% zuiveringseis voor neonicotinoïden.
Een deel van de tuinders heeft zich aangemeld bij een zuiveringscollectief. Deze tuinderscollectieven hebben maximaal drie jaar om de zuivering te realiseren. In een aantal gevallen is deze collectieve aanpak toch niet de beste oplossing gebleken, staat in het rapport. Ook is het onderzoek en uitwerking er voor een aantal collectieven nog gaande. In voorkomende gevallen wordt door betrokken PDG partijen gezocht naar oplossingen voor onverwachte vraagstukken op gebied van juridische en technische milieuvraagstukken.
Invoering kort dag
2018 was het jaar van de zuiveringsplicht, die opgenomen is in het Hoofdlijnenakkoord Waterzuivering in de Glastuinbouw dat eind 2015 werd gesloten. In de zuiveringsplicht worden telers gevraagd met een rendement van minimaal 95% hun water te zuiveren. Sinds eind 2017 werd deze eis ook onderdeel van het Activiteitenbesluit Milieubeheer.
De invoering per 1 januari 2018 was daarmee wel kort dag, realiseren de in het PDG betrokken partijen zich in het jaarverslag. “Als gevolg van de korte overgangstijd en daarop volgend wachtlijsten bij installateurs van zuiveringstechnieken was het niet voor ieder glastuinbouwbedrijf mogelijk om per direct een werkende zuiveringsinstallatie te hebben. Het aantal bedrijven dat aan de wetgeving voldoet, is echter snel toegenomen tot een geschatte 70 procent in de loop van 2018. Dit percentage kan in werkelijkheid hoger zijn aangezien er individuele bedrijven wel volgens het nullozersprotocol werken (en derhalve geen zuiveringsinstallatie nodig hebben), maar nog niet als zodanig bekend zijn.”
Resultaten in loop van 2019 door PBL
In de loop van 2019 zullen door ‘een brede en complexe tussenevaluatie’, uitgevoerd door het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), resultaten over het eerste jaar gepresenteerd worden. Kanttekening uit de rapportage: omdat de zuiveringsplicht pas per 1 januari 2018 is ingegaan, is het een vraag in welke mate de maatregelen al zichtbaar kunnen zijn in deze evaluatie.
De rest overtuigen
Ondertussen wordt werk gemaakt van een nog hoger percentage nullozers door berichten op www.glastuinbouwwaterproof.nl met allerlei tips, resultaten van onderzoeken en informatie over BZG-toegestane zuiveringstechnieken. “Om ook het resterende percentage te overtuigen, is naast continuering van de communicatie ook steeds meer behoefte aan toezicht en handhaving.” Daarmee zouden illegale lozingen zoals eind februari voorkomen moeten worden.
Zuiveringscollectief niet altijd oplossing
Om de haalbaarheid van de zuiveringsplicht te vergroten, zijn er in 2018 diverse zuiveringscollectieven opgestart. Lang niet in alle gevallen bleek dit uiteindelijk een goede oplossing en zijn telers toch individueel gaan kijken naar oplossingen. Het PDG helpt waar mogelijk mee om juridische- en technische belemmeringen te verhelpen en op te lossen.
Emissienormen realiseerbaar onder ‘normale omstandigheden’
In 2018 zijn de emissienormen (N/P) voor de substraatteelt en de gebruiksnormen voor de grondteelt geëvalueerd zoals aangekondigd in de toelichting van het Activiteitenbesluit. Deze normen zijn in 2010 vastgesteld op basis van de toen bekende beperkte gegevens. Met de huidige kennis is geconcludeerd dat de emissienormen 2021-2023 realiseerbaar zijn voor vrijwel alle gewasgroepen.
Daarbij wordt in de rapportage wel aangetekend dat “het alleen haalbaar is als er beschikt kan worden over voldoende kwalitatief goed gietwater en de weersomstandigheden niet uitzonderlijk afwijken van het gangbare gemiddelde.”
Knelpunten oplossen
Enkele gewasgroepen hebben aangegeven dat er nog onoverkomelijke knelpunten zijn om aan de emissienormen te voldoen. Er lopen echter wel onderzoeken naar oplossingsrichtingen. Het advies om afvalwater bij de teeltwisseling bij substraatteelt apart te beschouwen, leidt ook tot de behoefte nader te onderzoeken hoe men hiermee het beste om kan gaan. Ten aanzien van de gebruiksnormen voor grondteelt is er slechts een gewasgroep voor wie, als gevolg van teeltintensivering, de norm een knelpunt is, zo wordt in de rapportage vermeld.
De ambitie naar nagenoeg nullozing in 2027 wordt niet losgelaten maar het is wel noodzakelijk dat er, bijvoorbeeld door extra onderzoek en financieel gesteund door overheden, naar technieken wordt gezocht om de knelpunten op te lossen.