‘Een kat in het nauw maakt rare sprongen’, zegt men wel eens. De bouwsector zit vanwege de economische malaise serieus in de knel. Vindingrijke aannemers bedenken daarom allerlei nieuwe nevenactiviteiten. Als ze daarmee hun mensen aan de slag houden, kunnen ze de crisis wellicht doorstaan.
Vindingrijkheid is goed. Sterker nog, daar ben ik een groot voorstander van. Echter een ander spreekwoord is: ‘Schoenmaker, blijf bij je leest’. Dat spreekwoord wordt wel eens door commerciële creativiteit naar de achtergrond verdrongen. Het is echter dramatisch te noemen dat anderen dan niet op de vakkennis letten.
In het licht van het vorenstaande dook er een tijd terug een ploeg bouwvakkers op in de groenvoorziening. De mannen beweerden niet alleen tuinhuizen te kunnen bouwen en stoeptegels te kunnen leggen. Ze hadden bij de afdeling groenvoorziening van de gemeente gemeld van alle markten thuis te zijn. Ze konden snoeien als de besten. Ze dachten met een kettingzaag en een hoogwerker de klant tegen een scherpe prijs alle services te kunnen bieden.
Een bedrijf uit de groenvoorziening met geschoold personeel had zich naar aanleiding van de aanbesteding nog beklaagd bij de bevoegde ambtenaar. De prijs waartegen het werk was aanbesteed, bleek echter zodanig laag dat je daarvoor niet kon werken.
Na verloop van tijd dacht de betreffende ambtenaar vermoedelijk aan een ander spreekwoord: ‘Een kat in de zak kopen’. Na uitvoering bleek dat de uitvoerder geen snars begrepen had van het bestek. Het uitdunnen van de taludbeplanting was, laat ik zeggen, te stevig gebeurd. Zelfs de jonge boomaanplant die op termijn een bomenlaan moest vormen, was een meter boven de grond onthoofd. Ook alle andere soorten hadden de kettingzaag ontmoet. Anders gezegd, er was geen levensvatbare taludbeplanting meer over.
‘Goedkoop, is duurkoop’, daar gaat het nu om. De gemeente heeft de aannemer aansprakelijk gesteld voor de schade. Het risico valt niet uit te sluiten dat de gemeente zelf mag opdraaien voor alle kosten, zelfs de betaling van de omzetbelasting en loonheffingen. Het betreffende bouwbedrijf staat er namelijk echt slecht voor. Het klagende groenvoorzieningsbedrijf mag nu met deskundig personeel aan de slag om het talud helemaal opnieuw te beplanten. ‘Foutje, bedankt!’ is wellicht inmiddels een spreekwoord, maar dat had in dit geval voorkomen kunnen worden.