COLUMN: Tien tuinen

    Toen ik hoorde over het nummer van Tuin en Landschap ter ere van het 100-jarig bestaan van NVTL, waarin 10 tuinen van de laatste 100 jaar worden belicht, dacht ik na over welke 10 tuinen in mijn eigen leven een belangrijke rol spelen.

    Allereerst de tuin van mijn grootmoeder in Wulpen, waar mijn liefde voor tuinieren is ontstaan. Vervolgens de tuin van mijn ouders, waar ik met veel plezier het onderhoud deed en soms met tegenzin het gras maaide. De lerarentuin van mijn middelbare school, het Sint Bernardus College, die ik als eindwerk heb ontworpen en aangelegd, niet gehinderd door enige ontwerpkennis.

    De assortimentstuin van Hogeschool Larenstein, waar ik vele uren heb doorgebracht om al die planten zo goed en zo kwaad als het kon uit mijn hoofd te leren. De tuinen van Versailles die ik bezocht in mijn eerste vakantie met vrienden. De maat en schaal blijven mij altijd bij, overweldigend.

    De tuin van mevrouw Edam die me in mijn studententijd een extra zakcent opleverde en waar een bijzondere vriendschap uit voortvloeide. De Singapore Botanic Gardens die ik leerde kennen tijdens mijn stage in Azië. Een ware oase, in een wereldse stad. The Lost gardens of Heligan, een tropische bonbon in een met regen doordrenkte wandelvakantie door Engeland.

    De tuin van Herman en Bram te Dordrecht, die me het vertrouwen gaf dat ik dit vak daadwerkelijk beheerste (waar ik trouwens morgen nog heen ga om bollen te planten). De festivaltuinen van Appeltern, een ware beproeving in uitvoering, maar ook indirect de oorzaak dat ik deze columns ben gaan schrijven. En als laatste die droomtuin die ik samen met mijn vriend ooit ga maken, waar wij helemaal los gaan, en die ik al telkenmaal in mijn hoofd heb ontworpen.

    Wat zijn jou tien belangrijkste tuinen?

    guest
    0 Reacties
    Inline feedbacks
    Bekijk alle reacties