De sierteelt heeft in 2020 ondanks de vele ‘coronabeperkingen’ een relatief goed jaar gehad. Bloemen en planten staan steviger op de kaart. De sector heeft het maatschappelijk tij mee: bedrijven en overheden onderkennen het belang van een groenere omgeving. Dat blijkt uit het rapport ‘Visie op sierteelt’ dat ABN AMRO vandaag uitbracht.
In tuincentra en winkels wordt beperkt bloemen en planten verkocht, maar er worden wel hogere onlineverkopen geboekt. De sierteeltsector heeft een tumultueus jaar gehad en het tumult is nog niet voorbij. De populariteit van bloemen en planten zal naar verwachting hoog blijven. Zo is er steeds meer aandacht voor groen in de tuin, in huis en in kantoren. Kantoren en scholen investeren in planten omdat die helpen bij de concentratie en stressverlagend kunnen werken. De toegenomen interesse voor groen en de bevestiging vanuit de wetenschap is een gunstige ontwikkeling voor de sierteeltsector.
Duurzaamheid en kamerplanten
Uit onderstaande tabel in het ABN AMRO-rapport blijkt dat Duitsland steeds meer waarde aan duurzaamheid hecht bij de aankoop van kamerplanten. Ook in Frankrijk en Engeland neemt dit belang toe.
Maatschappelijke discussie
Daarnaast speelt de maatschappelijke discussie over de verdeling van schaarse middelen, zoals grond, water, ruimte en energie. De discussie speelt nu nog vooral bij voedsel, maar ABN AMRO verwacht dat de discussie zich ook gaat afspelen in de sierteeltsector. Het is daarom belangrijk dat de sector consumenten duidelijk maakt dat er al volop gewerkt wordt aan verduurzaming.
Restmateriaal
Om relevant te blijven is het volgens ABN AMRO nodig om verder te kijken dan alleen het verduurzamen van de sierteeltproducten zelf. Er moet ook gekeken worden naar een circulaire productie. Restmateriaal op basis van planten en bloemen kan als waardevolle grondstof voor de industrie dienen. Hierbij valt te denken aan hoogwaardige plantaardige stoffen voor de farmacie en vezels voor verpakkingsmateriaal, isolatie en kleding. ABN AMRO verwacht dat het mogelijk moet worden om in 2030 vijf procent van de totale omzet uit de extra opbrengsten van restmateriaal te halen.
