Dinsdag 7 juni heeft een Russische delegatie een bezoek gebracht aan twee Nederlandse boomkwekerijbedrijven. De delegatie kwam op uitnodiging van de LTO Vakgroep Bomen en Vaste planten.
Een Russische delegatie bestaande uit de Russische ambassadeur, het hoofd van de handelsbond en de Russische landbouwattaché in Nederland, bezocht vruchtboomkwekerij Van Rijn-de Bruyn in Uden en kwekerij Van den Berk in Sint-Oedenrode. „Het was een prettig bezoek met een open sfeer waar we goed met elkaar van gedachten hebben kunnen wisselen”, vat voorzitter Henk Raaijmakers het bezoek samen.
Bij Van Rijn-de Bruyn werd met de delegatie gesproken over de export van vruchtbomen naar Rusland. De Russische bezoekers lieten weten dat Rusland graag meer zelfvoorzienend wil worden ten aanzien van fruitproductie. In het zuidwesten van het land liggen gebieden die qua grond en klimaat geschikt zijn voor fruitproductie, maar momenteel is de die in nog minimaal. Voor uitgangsmateriaal zijn de Russen aangewezen op het buitenland.
„Dat biedt voor onze kwekers kansen en er is daarom ook gesproken hoe we die export kunnen realiseren”, aldus Raaijmakers. De Russen pleiten ervoor dat als Russische kwekers materiaal willen importeren, de weg voor import vrij moet zijn mits het materiaal aan de fytosanitaire eisen voldoet. Op het gebied van de fytosanitaire controle wil Rusland dan graag samenwerken met de NVWA.
Groene stad
Bij Van den Berk lag de nadruk op het gedachtegoed van de Groene Stad en hoe dit voor Rusland toepasbaar is. Met name in Moskou liggen op dit gebied mogelijkheden, omdat de burgemeester van Moskou onlangs heeft aangekondigd dat hij bepaalde gebieden in de stad autoluw wil maken. „In dit kader is er ook gesproken over de mogelijkheid om voor specifieke projecten export van bomen en planten mogelijk te maken.”
De LTO vakgroep zal naar aanleiding van het bezoek ook in gesprek gaan met de NVWA over de mogelijkheden om export naar Rusland makkelijker te laten verlopen. „Het was een nuttig bezoek, nu moeten we natuurlijk zorgen dat dit een vervolg krijgt”, aldus Raaijmakers.
