Delphy en AgroEnergy hebben een strategische samenwerkingsovereenkomst rond hun autonoom teeltmanagement getekend. Samen namen ze onder de naam Croperators deel aan de Autonomous Greenhouse Challenge. Na de succesvolle samenwerking tijdens deze wedstrijd hebben beide bedrijven besloten het datagedreven systeem samen verder te ontwikkelen en in te zetten in de praktijk. In eerste instantie ligt de focus op de komkommer- en tomatenteelt. Het doel is om in 2019 de eerste betalende klanten van de dienst gebruik te laten maken.
In Croperators was de teeltexpertise van Delphy gebundeld met de energie-expertise van AgroEnergie, aangevuld met dataspecialisten. Hun optiek van autonoom telen bestaat uit drie onderdelen, licht Rudolf de Vetten, businessdeveloper bij Agro Energy toe: „De plant staat centraal en de data bepaalt, maar wel dusdanig dat de telers hierop nog kunnen bijsturen. Zij moeten de essentie van wat er in de kas gebeurt kunnen blijven volgen en daar grip op blijven houden. Dus geen allesomvattend datagedreven model.”
Afhankelijk van rendement
Aan Rudolf de Vetten, businessdeveloper bij Agro Energy, dan ook de cruciale vraag: voor welke telers is het interessant. In zijn algemeenheid zegt hij daarover: „Bedrijven die moeite hebben om voldoende rendement te halen uit hun teelt zullen eerder bereid zijn om de teelt autonoom te sturen. In bedrijven met een goed rendement verwachten we dat teeltondersteuning vooral gebruikt wordt om teelt- en energieexpertise aan te vullen. Je hebt dan de beschikking over een slimme assistent die je dagelijks adviseert over de beste klimaatkeuzes gegeven jouw strategie.”
Meer specifieker meent de businessdeveloper dat een teelt een bepaalde schaalgrootte moet hebben om autonoom telen rendabel rond te kunnen rekenen. „Grootschalig telen wordt in ieder geval niet langer belemmerd door een tekort aan teelt- en energiemanagers. Dit speelt in alle teelten waar de schaalgrootte van bedrijven steeds verder toeneemt.”
Schaalgrootte
Schaalgrootte is dus een puntje wat betreft kansen van autonoom telen in de sierteelt, meent De Vetten. Over verdere kansen in de sierteelt vervolgt hij „Sierteelgewassen zijn divers, zelfs binnen gewassen vragen rassen soms een ander teeltregime. Dat maakt het autonoom telen ervan alleen maar complexer. Echter niet onmogelijk, want de techniek is niet de beperking. In de sierteelt speelt de besturing van belichting een grote rol. Hier zien we kansen voor het perfect afstemmen van belichting op weersomstandigheden, teeltstadium en energieprijzen als een grote kans.”
Daarentegen haalt De Vetten aan dat het kennisniveau van Nederlandse siertelers hoog is en ontbrekende kennis voor hen eenvoudig is te vergaren. Dit maakt autonoom telen minder relevant.