Afgelopen week had ik de eer om mijn mede-columnist Coen Dekkers te ontvangen in Uganda. Op afstand via de mail en WhatsApp hebben we destijds wat proefjes opgezet en enkele proefzendingen gedaan. Op deze manier best wel wat geleerd, maar goed… De echte boost in het leerproces zit hem in een bezoek aan Uganda. Nu Coen ons ook heeft bezocht kan hij eigenlijk pas echt optimaal met ons meedenken hoe wij hier de beste stek voor hem kunnen maken. Want één ding is zeker: ook het telen van Coen’s gewas werkt hier weer heel anders dan in Nederland.
Zo heb ik keer op keer ervaren kwekers op bezoek die dan tot de conclusie komen dat hun gewassen in Uganda toch behoorlijk anders groeien dan in Nederland. Zo groeien de meeste planten in ons klimaat een stuk meer vegetatief. Het blad is daardoor vaak wat grover in omvang, wat zachter in hardheid, maar ook weer met wat meer groeikracht. Het verschil kan soms zo groot zijn dat kwekers gaan twijfelen of de moeren die hier staan wel echt van hen kwamen. Jaarrond 13 uur daglicht, dagen waar de lichtintensiteit de 1300 W/m2 aantikt, jaarrond ’s nachts 15-18 graden en overdag 24-29 graden; Dat maakt dat een plant gewoon anders groeit.
De manier van telen wordt daardoor ook anders. Een activiteit als ‘remmen’ met een product als Dazide pakt hier met eenzelfde concentratie weer totaal anders uit dan in Nederland. Zouden wij zomaar het advies van de Nederlandse kweker overnemen dan gaan de dingen hier goed mis. De vertaalslag leren maken van Nederland naar Uganda is dus de crux. Licht wegschermen werkt ook weer anders, want bij ons op de evenaar is het verloop van lichtintensiteit lang niet zo geleidelijk als in Nederland. Rond half tien in de ochtend neemt te intensiteit ineens extreem toe en een half uur later is het gewoon scherp licht. Dit blijft zo tot een uur of vijf in de middag en dan is het ook ineens weer gedaan met de hoge lichtintensiteit. In Nederland piekt de zon bijna alleen rond het middaguur; hier piekt de zon bijna 6 uur lang.
Zo kan ik nog wel effe doorgaan met het geven van voorbeelden. Maar wat natuurlijk ook erg belangrijk is aan een bezoek, is dat de kweker een goed gevoel krijgt bij ons als toeleverancier over de omgang van het bedrijf, maar ook met het personeel en de natuur. Even langs het kinderdagverblijf en de bedrijfskliniek is dan vaak een goede bewustwording. Hoe zit het met de infrastructuur en de teeltsystemen op de kwekerij ? Hoe gedreven en kundig zijn de managers en de mensen op de werkvloer? En niet te vergeten: is er een klik met de ondernemers onderling? Want zonder die klik is het gewoon niet verstandig om zaken te gaan doen.
Kortom, een krachtige farm visit is gewoon een must voor goede samenwerking.. Coen, bedankt voor je komst.
