De bankpraktijk heeft enkele jaren geleden een rimpel in haar manier van doen waar ik altijd een hekel aan had glad gestreken. Dat ging om de afsluitprovisie bij hypothecaire geldleningen, als percentage van het te financieren bedrag. Dat kon zeker bij grote investeringen soms aardig in de papieren lopen.
Als er meer cijfers links van de komma opdoken, werd de bankprovisie per cijfer met 10 vermenigvuldigd. De handling van de bankmedewerkers was dezelfde, maar toch dreef de hoogte van de geldlening de bankkosten irritant op.
Deze bankpraktijk is in de wielen gereden door onder andere de wijziging van de wet- en regelgeving financiële markten en het provisieverbod. Sindsdien worden voor de bankadvisering óf vaste bedragen berekend die netjes vooraf kenbaar worden gemaakt, óf men werkt op basis van ‘uurtje-factuurtje’. Op die manier is mijn irritatie weggenomen en is de wereld iets transparanter geworden. Tot mijn grote verbazing bleek mij onlangs echter dat dit ‘oude’ provisie-rekensysteem juist bij de overheid is gehandhaafd.
Een kweker wil namelijk bij zijn kwekerij een fikse investering gaan plegen. Hij heeft daarvoor inmiddels onderzoek laten doen en een gedetailleerd plan met een raming van de bouwkosten laten maken. Met dat plan is hij naar zijn gemeente gestapt. De bedoeling is een forse uitbreiding van de activiteiten binnen de voor zijn bedrijf geldende bestemmingsplanmogelijkheden. Dit leidt ertoe dat er tenminste 25 werknemers extra aan de slag kunnen. Een gemiddelde burgemeester of wethouder zou daarmee zielsgelukkig zijn. Immers, wat betreft de werkgelegenheid staat het er nog steeds niet in iedere gemeente rooskleurig voor.
De gemeenteambtenaar die als eerste het bouwplan met bijlagen beoordeelde, was daarover enthousiast. „Het paste binnen het bestemmingsplan, voldeed aan het bouwbesluit en was ook nog architectonisch subliem. Het mag wat kosten, maar dan krijg je ook wat”, waren zijn eerste opmerkingen. Hij had mijn klant vervolgens zien glunderen. Daarna pakte hij een rekenmachientje en vroeg om de bouwsom. Dat leidde tot de mededeling dat het voorgelegde bouwplan voor de gemeente aan leges € 85.000,– zou opleveren. Leges worden immers berekend aan de hand van een percentage van de bouwsom. „mag ik ff vangen”, was waarschijnlijk zijn volgende gedachte. Voor het scheppen van werkgelegenheid moet je dus niet één duit in het zakje doen maar een geldtransportwagen sturen, dacht mijn klant.