Tijdens GrootGroenPlus liep een opvallend groot aantal studenten van zowel Nederlandse als Belgische tuinbouwopleidingen. Met het imago van de boomkwekerij zit het volgens hen wel goed. „Bomen zijn cool en de markt hiervoor is goed”, aldus een van hen.
Vier studenten van de middelbare school uit het Belgische Vilvoorde hebben van hun docent een A4-tje gekregen met opdrachten waarop zij op de beurs een antwoord moeten zoeken. De jongeren zijn allemaal enthousiast over het boomkwekersvak.
Alexander, Jenno, Kobe en Anton geven alle vier dan ook de voorkeur aan werken bij een boomkweker in plaats van in een kas. „Wij kunnen wel tegen een beetje slecht weer. In de kas is het soms juist veel te warm”, is een van de reacties.
Wat door hen ook wordt aangegeven: als je als jongere voor jezelf wilt beginnen, biedt de boomkwekerij door zijn relatief lage investeringskosten hiervoor nog de mogelijkheid. In tegenstelling tot bijvoorbeeld een kasgroentebedrijf. „Bomen zijn cool en de markt hiervoor is goed”, zegt een van hen. Twee van hen gaan na de middelbare opleiding nog verder leren, twee anderen gaan werken. Niet alleen het werk bij een boomkweker trekt hen aan, ook aanleg en onderhoud van tuinen heeft hun interesse. „Als boomchirurg bomen kappen of snoeien lijkt me leuk.”
Ook vier studenten van Helicon Geldermalsen maken een rondje over de beurs. Een leerling doet een voltijds-opleiding (BOL), drie anderen doen een deeltijd-opleiding (BBL). Maar alle vier zien ze hun toekomst in de boomkwekerij: als vakbekwaam medewerker boomkwekerij of wellicht om zelf een bedrijf over te nemen.
„Het werk in de boomkwekerij is afwisselend en van slecht weer hebben we geen last. Dat hoort er soms bij. Als het regent doe je een regenpak aan en gaan!”, aldus Daan, Ricardo, Gerard en Davy.
„Het imago van de boomkwekerij is onder studenten helemaal niet zo slecht”, zegt docent Tuinbouw Bart Hollevoet van Vrij Instituut voor Technisch Onderwijs (VITO). „Veel leerlingen kiezen voor boomkwekerij, maar ook tuinaanleg is populair.” En of de leerlingen straks wel werk hebben hoeven ze zich volgens hem helemaal geen zorgen te maken. „Iedere leerling die van school komt heeft zeven of acht aanbiedingen van werkgevers op zak.”