De NVWA organiseerde vrijdag 21 juni, samen met Greenport Boskoop, op het gemeentehuis in Alphen aan den Rijn een gezamenlijke, voorbereidende oefening op een – onverhoopte – toekomstige vondst van Xylella fastidiosa in Nederland.
Xylella fastidiosa is schadelijk voor ruim 300 soorten planten en is daarom door de Europese Unie aangemerkt als ‘zeer schadelijk’. Bij een vondst volgen verplichte, ingrijpende maatregelen die de teelt en handel in de betreffende planten ernstig belemmeren en financiële schade toebrengen.
Concept-draaiboek
De oefening was bedoeld om een gemeenschappelijk beeld te krijgen van wat een vondst betekent voor de regio en de sector, en welke acties daarop volgen. De uitkomsten van de oefening helpen om het concept-draaiboek voor de aanpak van Xylella te verfijnen. De NVWA ontwikkelt voor alle ‘priority Q-organismen’, zoals ook bijvoorbeeld de boktor, draaiboeken en houdt oefeningen volgens Europese regelgeving.
Aan de oefening werkten sectorbestuurders en -medewerkers van diverse brancheorganisaties mee, de gemeente, Greenport Boskoop, Greenport Holland, Naktuinbouw en VRMH.
Symptoomloos verloop
Na een korte presentatie over Xylella waarbij de ziekte, de overdracht en het mogelijk symptoomloos verloop in Nederland werden behandeld, en een korte uitleg over de regelgeving en de rollen, taken en verantwoordelijkheden bij een eventuele uitbraak, is geoefend met vier scenario’s.
Vier groepen moesten op basis van gegevens zoals die in werkelijkheid ook beschikbaar zouden zijn, nagaan welk scenario het meest waarschijnlijk is, welke maatregelen en acties daarbij zouden horen en of er in het begin stadium al opgeschaald zou moeten worden of niet. Door de oefening hebben de betrokken partijen elkaar en elkaars verantwoordelijkheden goed leren kennen.
Uitbraak grote gevolgen
Vatbaar voor Xylella fastidiosa zijn onder andere olijfbomen (Zuid-Italië), Oleander en Lavendel (Corsica, Zuid-Frankrijk) en druiven (Californië). Maar ook in Nederland geteeld en verhandeld fruit, vaste planten, bomen, kruiden, bloemen en diverse grassoorten en onkruiden zijn als waardplanten aangemerkt. Een uitbraak in Nederland kan derhalve grote economische gevolgen hebben voor de plantaardige sectoren.
In Europese regelgeving staat beschreven welke maatregelen Nederland moet nemen bij een vondst. Als er sprake is van een uitbraak met verspreiding betekent dat, dat een gebied met een straal van minimaal 5 km vanaf de haard voor minimaal 5 jaar op slot gaat voor alle waardplanten.