Met zuiniger belichten zijn er kansen voor energiebesparing in de afkweek van lisianthus. Afschakelen van belichting bij hoge instraling is een optie. En overschakelen op LED belichting biedt de hoogste elektrabesparing. Starten met zwaarder plantmateriaal heeft weinig zin.
Plant Lighting heeft samen met vermeerderaar Florensis en telers onderzocht of lisianthus in de toekomst energiezuiniger te telen is. De afkweek vergt de meeste energie, dus is onderzocht of je die fase – met behoud van takkwaliteit – met zwaarder uitgangsmateriaal (door verlengde opkweek) kan verkorten. In de opkweek bij Florensis resulteerde meer ruimte voor het plantje tot veel zwaarder uitgangsmateriaal. Echter, de grote verschillen bij uitplanten waren nagenoeg verdwenen op het moment dat de takken veilingrijp waren. En een week verlengde opkweek resulteerde in maximaal 3 dagen kortere afkweek.
Hoge lichtbenutting
Het lichtrendement van lisianthus blijkt erg hoog vergeleken met veel andere gewassen, en bereikt z’n piek bij 400 μmol/m2/s PAR gegeven de huidige teeltomstandigheden met hoge temperatuur (28 C), CO2-niveau (800 ppm) en plantdichtheid.
In die afkweekfase neemt het aantal bladparen en het drooggewicht enorm toe in de vierde teeltweek tot aan de oogst.
Kansen voor energiebesparing liggen volgens de onderzoekers van Plant Lighting vooral bij afschakelen van belichting bij veel daglicht. Wil je jaarrond gelijke kwaliteit, dan is eerder afschakelen aan te bevelen. Het is aan de teler wat hij kiest, zoals hij ook de stroomprijs en takprijs mee zal nemen in de beslissingen ten aanzien van belichting. Vervanging van SON-T door LED biedt, vanwege het hoge rendement van LED, de hoogste elektrabesparing. Telen bij een lagere temperatuur geeft een verlies aan teeltsnelheid, maar de netto assimilatie stijgt. Mogelijk kan een hogere plantdichtheid het verlies aan teeltsnelheid compenseren.
Bij een toenemende lichtintensiteit neemt de lichtbenutting door het lisianthusgewas langzaam af. Dat is in onderstaande grafieken af te lezen.
Dit onderzoek is tot stand gekomen in samenwerking met het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Glastuinbouw Nederland in het kader van het programma Kas als Energiebron. Het onderzoek is mede mogelijk gemaakt door bijdragen van Florensis.