Botanische Geranium wordt niet veel gebruikt. Er zijn talloze cultuurvariëteiten: de een belooft nog beter te zijn dan de ander. Een kennismaking met botanische soorten laat zien dat die ook ongelooflijk veel te bieden hebben. Daarbij geven ze inzicht in de beste groeiplaats voor veel van de hybriden.
Het geslacht Geranium telt ruim 400 soorten en is te vinden in vrijwel alle gematigde gebieden van de wereld. Er zijn een- en tweejarige, maar ook veel overblijvende soorten. Veel van die overblijvende soorten zijn al lang in cultuur en kruisen onderling gemakkelijk.
Cultivar niet altijd beter
Zulke kruisingen, maar ook bijzondere selecties uit het wild, hebben een enorme hoeveelheid cv’s opgeleverd. Die cv’s zijn vaak, maar lang niet altijd, een verbetering van de oorspronkelijke soorten. Met name steriele hybriden bloeien veel langer dan de soort. Een goed voorbeeld daarvan is de inmiddels overbekende Geranium x ’Rozanne’, een kruising tussen G. wallichianum en G. himalayense.
Ook combinaties van opvallende eigenschappen als bloemkleur, late bloei, bladvorm en plantgrootte leveren mooie cultivars op. Bijvoorbeeld de vormen van G. x cantabrigiense; kruisingen tussen G. macrorrhyzum en G. dalmaticum die mooie compacte, halfwintergroene bodembedekkers hebben opgeleverd.
Oorspronkelijke soorten
In het geweld van al die kruisingen zijn de charmes van de oorspronkelijke soorten wel een beetje buiten beeld geraakt. Klik hier (met inlog) voor het artikel over botanische Geranium in Tuin en Landschap 13 waarin Gerard van Buiten acht soorten, die geschikt zijn voor de Nederlandse tuin, belicht.
