In Den Haag vond 9 september de EU-arbeidsmigratietop plaats. Tijdens de top werd met name besproken hoe mogelijke negatieve effecten kunnen worden voorkomen als gevolg van het openstellen van de Nederlandse arbeidsmarkt voor Bulgaren en Roemenen per 1 januari 2014.
Op de EU-arbeidsmigratietop spraken bestuurders, werkgevers- en werknemersorganisaties, woningcorporaties en migrantenorganisaties uit binnen- en buitenland over het in goede banen leiden van arbeidsmigratie.
Minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zegt alles te doen wat in zijn vermogen ligt om negatieve effecten van arbeidsmigratie tegen te gaan. Zo komt er een onderzoek naar de verdringing van werknemers op de Nederlandse arbeidsmarkt door de toestroom van arbeidsmigranten uit EU-landen.
Asscher ziet graag dat de verhouding tussen laag – en hoog opgeleide arbeidsmigranten verandert. Nu komen er nog relatief veel laag opgeleide migranten binnen, terwijl hoog opgeleide migranten meer kans maken om succesvol mee te doen in de Nederlandse samenleving.
Arbeidsmigranten registreren
Het kabinet wil ook de registratie van arbeidsmigranten door gemeenten verbeteren. De gemeente Westland heeft een methode ontwikkeld om EU-arbeidsmigranten te registreren die ook door andere gemeenten kan worden gebruikt. Asscher stelt daarom geld beschikbaar om deze methode te kunnen verspreiden over andere gemeenten.
Daarnaast is tijdens de top afgesproken dat een aantal gemeenten een pilot start met het invoeren van een participatiecontract voor migranten. Arbeidsmigranten onderschrijven via dit contract de Nederlandse grondrechten en de rechtstaat.
Verder steunt Asscher het idee van de FNV voor de ontwikkeling van documentatie voor arbeidsmigranten waarin ze worden geïnformeerd over hun arbeidsvoorwaarden. Hierin kunnen ze ook hun werktijden en arbeidsomstandigheden bijhouden zodat een ‘logboek’ ontstaat wat hen kan helpen hun recht te halen.
Arbeidsmigranten informeren
Vlak voor de zomer heeft Nederland al afspraken gemaakt met Bulgarije en Roemenië om potentiële arbeidsmigranten in de landen te informeren over hun kansen op de Nederlandse arbeidsmarkt. Het is de bedoeling dat met Polen en overige landen in Midden- en Oost-Europa soortgelijke afspraken worden gemaakt.
Asscher gaf aan dat Nederland wil komen tot een ‘Handhavingsrichtlijn’. Zo wil hij meer mogelijkheden krijgen om te kunnen controleren bij uitzendbureaus en pleit hij voor het mogelijk maken van het innen van grensoverschrijdende boetes. Ook wil hij ketenaansprakelijkheid bij grensoverschrijdend uitzendwerk. Daarmee wordt bij misstanden de hoofdaannemer verantwoordelijk en kan deze zich niet verschuilen achter detacheringsconstructies met onderaannemers. Een Nederlandse ‘Handhavingsrichtlijn’ is volgens Asscher nodig omdat in ‘Brussel’ de negatieve effecten van arbeidsmigratie onvoldoende worden gevoeld.
Asscher stuurt de uitkomsten van de EU-arbeidsmigratietop deze week per brief aan de Tweede Kamer.
Bron: Rijksoverheid.nl